Dutch A2 module 1: Reizen: op avontuur! (Travelling: into the wild!)

This is learning module 1 of 6 of our Dutch A2 syllabus. Each learning module contains 6 till 8 chapters.

Learning goals:

  • Manage common situations while travelling.
  • Expressing cause and purpose.

Word list (149)

Core vocabulary (103): Verbs: 23, Adjectives: 8, Nouns: 63, Sentences / word combination: 9
Context vocabulary: 48

Dutch English
/ I take my suitcase to Amsterdam with me.
Aan de balie At the counter
Aan het Am
Annuleren To cancel
Behulpzaam Helpful
Bellen To call
Beste Best
Beter Better
Bevestigen To confirm
Bezocht Visited
Bezoeken To visit
Controleert Checks
Controleren To check
De The
De accommodatie The accommodation
De ambassade The embassy
De annulatie The cancellation
De bagage The luggage
De balie The counter
De baliemedewerker The receptionist
De bikini The bikini
De camping The campsite
De eenpersoonskamer The single room
De excursie The trip
De gast The guest
De handdoek The towel
De handtas The handbag
De identiteitskaart The identity card
De ingang The entrance
De instructies The instructions
De kerk The church
De koffer The suitcase
De luchthaven The airport
De oplossing The solution
De pet The cap
De piloot The pilot
De plattegrond The map
De politie The police
De ramp The disaster
De receptie The reception
De reis The trip
De reisleider The tour guide
De reisverzekering The travel insurance
De reservering The reservation
De rugzak The backpack
De schade The damage
De sleutel The key
De stewardess The air hostess
De toerist The tourist
De tweepersoonskamer The double room
De uitgang The exit
De valies The suitcase
De veiligheid The safety
De veiligheidsgordel The seatbelt
De verzekering The insurance
De vlucht The flight
De waarborg The deposit
De website The website
De zee The sea
De zonnebril The sunglasses
De zwembroek The swim trunks
Denken To think
Dichterbij Closer
Een I see a cap lying on the ground.
Een kaart raadplegen Consulting a map
Een taxi nemen Taking a taxi
Een wandeling maken To go for a walk
Foto's maken Taking photos
Gebracht Brought
Gebruikt Used
Gecontroleerd Checked
Gedaan Done
Gedacht Thought
Gegaan Gone
Gehad Had
Gehuurd Rented
Gemaakt Taken
Genomen Taken
Gepland Planned
Geraadpleegd Consulted
Gereisd Travelled
Gevolgd Followed
Gevonden Found
Geweest Been
Goede reis Have a good trip
Goedkoper Cheaper
Heel Very
Het balkon The balcony
Het eiland The island
Het formulier The form
Het halfpension Half board
Het hostel The hostel
Het lawaai The noise
Het monument The monument
Het ondergoed The underwear
Het ongeluk The accident
Het paspoort The passport
Het plan The plan
Het politiebureau The police station
Het probleem The problem
Het reisbureau The travel agency
Het rijbewijs The driving licence
Het strand The beach
Het toerisme Tourism
Het uitzicht The view
Het volpension Full board
Houden To keep
Ik I
In de cockpit In the cockpit
Inchecken To check in
Inclusief Inclusive
Inpakken To pack
Kwijt Lost
Laat Has
Laten Have
Liefst Preferably
Meenemen To bring along
Meer More
Melden To report
Mijn moeder My mother
Minder Fewer
Om hulp vragen Asking for help
Om te To
Ons Us
Ontdekken To discover
Ontdekt Discovered
Ontspannen Relaxed
Op de luchthaven At the airport
Op vakantie gaan To go on holiday
Ophalen To collect
Reizen To travel
Staan To stand
Stelen To steal
Stuk Broken
Te To
Terugbrengen To return
Uitchecken To check out
Uitpakken To unpack
Vaker More often
Van plan zijn To be planning
Veel A lot
Veilig Safe
Verdwaald Lost
Verhuren To rent out
Volgen To follow
Vullen To fill
Weten To know
Zeer Very
Zicht op zee Sea view