Zijn (sein) - Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT), conditionele wijs (Konditionalsatz Gegenwart, konjunktiv ii)

 Zijn (sein) - Verbkonjugation und Übungen

Zijn - Konjugation von Sein auf Niederländisch: Konjugationstabelle, Beispiele und Übungen im Konditional Präsens, Konditionalstimmung (Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT), conditionele wijs).

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT), conditionele wijs (Konditionalsatz Gegenwart, konjunktiv ii)

Alle Konjugationen und Zeiten: Zijn (sein) - Verbkonjugation und Übungen

Lehrplan: Niederländischunterricht - Groeten en afscheid (Grüße und Abschiede)

Konjugation von sein im Konditional Präsens (CTT)

Niederländisch Deutsch
(ik) zou zijn ich würde sein
(jij) zou zijn du würdest sein
(hij/zij/het) zou zijn er/sie/es würde sein
(wij) zouden zijn wir wären
(jullie) zouden zijn ihr wärt
(zij) zouden zijn sie würden sein

Beispielsätze

Niederländisch Deutsch
Ik zou zijn op tijd voor de les. Ich wäre pünktlich zum Unterricht.
Jij zou zijn klaar met begroeten. Du wärst fertig mit Begrüßen.
Hij zou zijn blij met de klas. Er wäre mit der Klasse zufrieden.
Wij zouden zijn vriendelijk tegen iedereen. Wir würden freundlich zu allen sein.
Jullie zouden zijn netjes tijdens de pauze. Ihr würdet während der Pause ordentlich sein.
Zij zouden zijn geïnteresseerd in de les. Sie wären an dem Unterricht interessiert.

Übung: Verbkonjugation

Anleitung: Wählen Sie die richtige Form.

Übersetzung anzeigen Antworten zeigen

zou zijn, zouden zijn

1.
Wij ... vriendelijk tegen iedereen.
(Wir würden freundlich zu allen sein.)
2.
Hij ... blij met de klas.
(Er wäre mit der Klasse zufrieden.)
3.
Zij ... geïnteresseerd in de les.
(Sie wären an dem Unterricht interessiert.)
4.
Ik ... op tijd voor de les.
(Ich wäre pünktlich zum Unterricht.)
5.
Jij ... klaar met begroeten.
(Du wärst fertig mit Begrüßen.)
6.
Jullie ... netjes tijdens de pauze.
(Ihr würdet während der Pause ordentlich sein.)