Mogen (may) - Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Present continuous, indicative mood)

 Mogen (may) - Verb conjugation and exercises

Mogen - Conjugation of May in Dutch: Conjugation table, examples and exercises in the present continuous, indicative mood tense (Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs).

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Present continuous, indicative mood)

All conjugations and tenses: Mogen (may) - Verb conjugation and exercises

Syllabus: Dutch lesson - Koken en bakken (Cooking and baking)

Conjugation of may in Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)

Dutch English
(ik) mag I may
(jij) mag / magt You may
(hij/zij/het) mag he/she/it may
(wij) mogen we may
(jullie) mogen you may
(zij) mogen they may

Example phrases

Dutch English
Ik mag de bloem wegen voor het recept. I am allowed to weigh the flour for the recipe.
Jij mag de olie gebruiken om te bakken. You may use the oil for frying.
Hij mag een snufje zout toevoegen aan de saus. He may add a pinch of salt to the sauce.
Wij mogen de ingrediënten zelf mengen. We are allowed to mix the ingredients ourselves.
Jullie mogen de boter omdraaien in de pan. You may turn the butter in the pan.
Zij mogen het deeg laten rijzen met gist. They are allowed to let the dough rise with yeast.

Exercise: Verb conjugation

Instruction: Choose the correct form.

Show translation Show answers

mogen, mag

1.
Zij ... het deeg laten rijzen met gist.
(They are allowed to let the dough rise with yeast.)
2.
Hij ... een snufje zout toevoegen aan de saus.
(He may add a pinch of salt to the sauce.)
3.
Ik ... de bloem wegen voor het recept.
(I am allowed to weigh the flour for the recipe.)
4.
Jullie ... de boter omdraaien in de pan.
(You may turn the butter in the pan.)
5.
Wij ... de ingrediënten zelf mengen.
(We are allowed to mix the ingredients ourselves.)
6.
Jij ... de olie gebruiken om te bakken.
(You may use the oil for frying.)