Bañarse (zich wassen) - Presente, indicativo (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs) Delen Gekopieerd!

Bañarse - Vervoeging van Zich wassen in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige, indicatieve tijd (Presente, indicativo).
Presente, indicativo (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Bañarse (zich wassen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Lesprogramma: Spaanse les - Rutinas diarias (Dagelijkse routines)
Vervoeging van zich wassen in de tegenwoordige tijd
Spaans | Nederlands |
---|---|
(yo) me baño | ik was me |
(tú) te bañas | jij wast je |
(él/ella) se baña | hij/zij wast zich |
(nosotros/nosotras) nos bañamos | wij wassen ons |
(vosotros/vosotras) os bañáis | jullie wassen jullie |
(ellos/ellas) se bañan | zij wassen zich |
Voorbeeldzinnen
Spaans | Nederlands |
---|---|
Me baño a diario para empezar bien el día. | Ik was me dagelijks om de dag goed te beginnen. |
¿Te bañas antes o después de desayunar? | Jij wast je voor of na het ontbijt |
Se baña rápido porque tiene que trabajar. | Hij wast zich snel omdat hij moet werken. |
Nos bañamos juntos cuando hace calor en verano. | Wij wassen ons samen als het warm is in de zomer. |
¿Os bañáis siempre por la mañana o por la noche? | Jullie wassen je altijd 's ochtends of 's avonds |
Se bañan después de hacer deporte cada día. | zij wassen zich na het sporten elke dag |