Conducir (rijden) Delen Gekopieerd!
Leer het werkwoord "Conducir" te vervoegen in het Spaans: tegenwoordige tijd, onvoltooid tegenwoordige wijs.
Presente, indicativo (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Conducir (rijden)
Lesprogramma: Spaanse les - Transporte (Transport)
Vervoeging van rijden in tegenwoordige tijd
| Spaans | Nederlands |
|---|---|
| (yo) conduzco | ik rijd |
| (tú) conduces | jij rijdt |
| (él/ella) conduce | hij/zij rijdt |
| (nosotros/nosotras) conducimos | wij rijden |
| (vosotros/vosotras) conducís | jullie rijden |
| (ellos/ellas) conducen | zij rijden |