Crecer (groeien) - Pretérito pluscuamperfecto, indicativo (Voltooid verleden tijd, aantonende wijs)

 Crecer (groeien) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Crecer - Vervoeging van crecer in het Spaans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de plusquamperfectum, aantonende wijs (Pretérito pluscuamperfecto, indicativo).

Pretérito pluscuamperfecto, indicativo (Voltooid verleden tijd, aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Crecer (groeien) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lesprogramma: Spaanse les - Estar jubilado (Met pensioen gaan)

Vervoeging van crecer in de Pretérito Pluscuamperfecto

Spaans Nederlands
(yo) había crecido ik was gegroeid
(tú) habías crecido jij was gegroeid
(él/ella) había crecido hij/zij was gegroeid
(nosotros/nosotras) habíamos crecido wij waren gegroeid
(vosotros/vosotras) habíais crecido jullie waren gegroeid
(ellos/ellas) habían crecido zij waren gegroeid

Voorbeeldzinnen

Spaans Nederlands