Relajarse (zich ontspannen) - Pretérito indefinido, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)

 Relajarse (zich ontspannen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Relajarse - Vervoeging van zich ontspannen in het Spaans: Vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de verleden tijd, indicatief. (Pretérito indefinido, indicativo).

Pretérito indefinido, indicativo (Onvoltooid verleden tijd, aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Relajarse (zich ontspannen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Lesprogramma: Spaanse les - Estado físico y sensaciones. (Fysieke toestanden en sensaties)

Vervoeging van zich ontspannen in Pretérito indefinido

Spaans Nederlands
(yo) me relajé ik ontspande me
(tú) te relajaste jij ontspande je
(él/ella) se relajó hij/zij ontspande zich
(nosotros/nosotras) nos relajamos wij ontspanden
(vosotros/vosotras) os relajasteis jullie ontspanden
(ellos/ellas) se relajaron zij ontspanden

Voorbeeldzinnen

Spaans Nederlands
Me relajé junto al lago después de caminar. Ik ontspande me bij het meer nadat ik had gewandeld.
Te relajaste bajo las estrellas en la montaña. Je ontspande onder de sterren op de berg.
Se relajó mirando la cascada y el río cerca. Hij ontspande zich terwijl hij naar de waterval en de rivier in de buurt keek.
Nos relajamos después de subir por el bosque. We hebben uitgezeten na het klimmen door het bos.
Os relajasteis al terminar la ruta en la costa. Jullie hebben ontspannen nadat jullie de route aan de kust hadden voltooid.
Se relajaron con sus botas de montaña puestas. Ze relaxten met hun wandelschoenen aan.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

me relajé, te relajaste, se relajó, nos relajamos, os relajasteis, se relajaron

1.
... bajo las estrellas en la montaña.
(Je ontspande onder de sterren op de berg.)
2.
... con sus botas de montaña puestas.
(Ze relaxten met hun wandelschoenen aan.)
3.
... junto al lago después de caminar.
(Ik ontspande me bij het meer nadat ik had gewandeld.)
4.
... después de subir por el bosque.
(We hebben uitgezeten na het klimmen door het bos.)
5.
... mirando la cascada y el río cerca.
(Hij ontspande zich terwijl hij naar de waterval en de rivier in de buurt keek.)
6.
... al terminar la ruta en la costa.
(Jullie hebben ontspannen nadat jullie de route aan de kust hadden voltooid.)