10K+ studenten - 4.8/5
Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

Secarse (zich afdrogen)

Vervoeging van secarse (zich afdrogen) voor alle werkwoordstijden met voorbeeldzinnen en oefeningen.

Secarse (zich afdrogen)

Leermaterialen die dit werkwoord implementeren:

Categorie: a1

Module 4: Describir objetos y personas. (Objecten en mensen beschrijven)

Les 23: Apariencia física (Fysiek en uiterlijk)

Basiswerkwoordsvormen

Infinitivo (Infinitief) Gerundio (Deelwoord) Participio (Deelwoord)
Secarse (zich afdrogen) Secándose (zich aan het afdrogen) Secado (gedroogd)

Secarse (zich afdrogen): Werkwoordvervoegingstabellen

Indicativo (Aantonende wijs) Subjuntivo (Aanvoegende wijs)

Presente 

Spaans Nederlands
(yo) me seco Ik droog me af
(tú) te secas jij droogt je af
(él/ella) se seca hij/zij droogt zich af
(nosotros/nosotras) nos secamos wij drogen ons af
(vosotros/vosotras) os secáis jullie drogen je af
(ellos/ellas) se secan zij drogen zich af

Pretérito perfecto 

Spaans Nederlands
(yo) me he secado ik heb me afgedroogd
(tú) te has secado jij hebt je afgedroogd
(él/ella) se ha secado hij/zij heeft zich afgedroogd
(nosotros/nosotras) nos hemos secado wij hebben ons afgedroogd
(vosotros/vosotras) os habéis secado jullie hebben zich afgedroogd
(ellos/ellas) se han secado zij hebben zich afgedroogd

Subjuntivo presente 

Spaans Nederlands
(yo) me seque ik me droog
(tú) te seques jij je droogt
(él/ella) se seque hij/zij zich afdroogt
(nosotros/nosotras) nos sequemos wij ons afdrogen
(vosotros/vosotras) os sequéis jullie zich afdrogen
(ellos/ellas) se sequen zij drogen zich af

Subjuntivo pretérito perfecto 

Spaans Nederlands
(yo) me haya secado ik me heb afgedroogd
(tú) te hayas secado jij/zich hebt afgedroogd
(él/ella) se haya secado hij/zij zich heeft afgedroogd
(nosotros/nosotras) nos hayamos secado wij ons hebben afgedroogd
(vosotros/vosotras) os hayáis secado jullie hebben zich opgedroogd
(ellos/ellas) se hayan secado zij zijn opgedroogd

Pretérito imperfecto 

Spaans Nederlands
(yo) me secaba ik droogde me af
(tú) te secabas jij droogde je af
(él/ella) se secaba hij/zij droogde zich af
(nosotros/nosotras) nos secábamos wij droogden ons af
(vosotros/vosotras) os secabais jullie droogden af
(ellos/ellas) se secaban zij droogden zich af

Pretérito pluscuamperfecto 

Spaans Nederlands
(yo) me había secado ik had me afgedroogd
(tú) te habías secado jij had je afgedroogd
(él/ella) se había secado hij/zij had zich afgedroogd
(nosotros/nosotras) nos habíamos secado wij hadden ons afgedroogd
(vosotros/vosotras) os habíais secado jullie hadden zich afgedroogd
(ellos/ellas) se habían secado zij hadden zich afgedroogd

Subjuntivo pretérito imperfecto 

Spaans Nederlands
(yo) me secara/me secase ik me droogde
(tú) te secaras/te secases jij je zou afdrogen
(él/ella) se secara/se secase hij zich afdroogde/zij zich afdroogde
(nosotros/nosotras) nos secáramos/nos secásemos wij droogden ons af
(vosotros/vosotras) os secarais/os secaseis jullie droogden je af
(ellos/ellas) se secaran/se secasen zij zich zouden afdrogen

Subjuntivo pluscuamperfecto 

Spaans Nederlands
(yo) me hubiera/hubiese secado ik zou me hebben afgedroogd
(tú) te hubieras/hubieses secado jij zou je hebben afgedroogd
(él/ella) se hubiera/hubiese secado hij/zij zich had afgedroogd
(nosotros/nosotras) nos hubiéramos/hubiésemos secado wij zouden ons hebben afgedroogd
(vosotros/vosotras) os hubierais/hubieseis secado jullie hadden je opgedroogd
(ellos/ellas) se hubieran/hubiesen secado zij hadden zich afgedroogd

Pretérito indefinido 

Spaans Nederlands
(yo) me sequé ik droogde mij af
(tú) te secaste jij droogde je af
(él/ella) se secó hij/zij droogde zich af
(nosotros/nosotras) nos secamos wij droogden ons af
(vosotros/vosotras) os secasteis jullie droogden jullie af
(ellos/ellas) se secaron zij droogden zich af

Pretérito anterior 

Spaans Nederlands
(yo) me hube secado ik had me afgedroogd
(tú) te hubiste secado jij had je afgedroogd
(él/ella) se hubo secado hij/zij had zich afgedroogd
(nosotros/nosotras) nos hubimos secado wij hadden ons afgedroogd
(vosotros/vosotras) os hubisteis secado jullie hadden je afgedroogd
(ellos/ellas) se hubieron secado zij hadden zich afgedroogd

Subjuntivo futuro simple 

Spaans Nederlands
(yo) me secare ik zal me afdrogen
(tú) te secares jij zult je afdrogen
(él/ella) se secare hij/zich afdrogen
(nosotros/nosotras) nos secáremos wij zullen ons afdrogen
(vosotros/vosotras) os secareis jullie zouden zich afdrogen
(ellos/ellas) se secaren zij zouden zich afdrogen

Subjuntivo futuro perfecto 

Spaans Nederlands
(yo) me hubiere secado ik zou me hebben afgedroogd
(tú) te hubieres secado jij zou je hebben afgedroogd
(él/ella) se hubiere secado hij/zij zal zich hebben afgedroogd
(nosotros/nosotras) nos hubiéremos secado wij zullen ons hebben afgedroogd
(vosotros/vosotras) os hubiereis secado jullie zouden zich hebben afgedroogd
(ellos/ellas) se hubieren secado zij zouden zich hebben afgedroogd

Futuro simple 

Spaans Nederlands
(yo) me secaré ik zal me afdrogen
(tú) te secarás jij zult je afdrogen
(él/ella) se secará hij/zij zal zich afdrogen
(nosotros/nosotras) nos secaremos wij zullen ons afdrogen
(vosotros/vosotras) os secaréis jullie zullen zich afdrogen
(ellos/ellas) se secarán zij zullen zich afdrogen

Futuro perfecto 

Spaans Nederlands
(yo) me habré secado ik zal me hebben afgedroogd
(tú) te habrás secado jij zult je hebben afgedroogd
(él/ella) se habrá secado hij/zij zal zich hebben afgedroogd
(nosotros/nosotras) nos habremos secado wij zullen ons hebben afgedroogd
(vosotros/vosotras) os habréis secado jullie zullen zich hebben afgedroogd
(ellos/ellas) se habrán secado zij zullen zich afgedroogd hebben
Imperativo (Imperatief)

Imperativo 

Spaans Nederlands
Sécate! jij droogt je af
Séquese! hij moet zich afdrogen
Sequémonos! wij drogen ons af
Secaos! jullie drogen
Séquense! Zij drogen zich af

Imperativo negativo 

Spaans Nederlands
¡No te seques! hij droogt zich niet af
¡No se seque! Wij drogen ons niet af
¡No nos sequemos! jullie drogen jullie niet af
¡No os sequéis! zij moeten zich niet afdrogen
¡No se sequen! zij drogen zich niet af

Condicional simple 

Spaans Nederlands
(yo) me secaría ik zou me afdrogen
(tú) te secarías jij zou je afdrogen
(él/ella) se secaría hij zou zich afdrogen / zij zou zich afdrogen
(nosotros/nosotras) nos secaríamos wij zouden ons afdrogen
(vosotros/vosotras) os secaríais jullie zouden zich afdrogen
(ellos/ellas) se secarían zij zouden zich afdrogen

Condicional perfecto 

Spaans Nederlands
(yo) me habría secado ik zou me hebben afgedroogd
(tú) te habrías secado jij zou je hebben afgedroogd
(él/ella) se habría secado hij/zij zou zich hebben afgedroogd
(nosotros/nosotras) nos habríamos secado wij zouden ons hebben afgedroogd
(vosotros/vosotras) os habríais secado jullie zouden zich hebben afgedroogd
(ellos/ellas) se habrían secado zij zouden zich hebben afgedroogd