Zich wassen (to wash oneself) Share Copied!
Learn to conjugate the verb "To wash oneself" in Dutch: present perfect tense, indicative mood tense
Voltooid tegenwoordige tijd (VTT), aantonende wijs (Present perfect tense, indicative mood)
All conjugations and tenses: Zich wassen (to wash oneself)
Syllabus: Dutch lesson - Dagelijkse routines (Daily routines)
Conjugation of to wash oneself in Voltooid tegenwoordige tijd (VTT)
| Dutch | English |
|---|---|
| ik heb me gewassen | I have washed myself |
| jij hebt je gewassen / heb je je gewassen? | You have washed yourself / Have you washed yourself? |
| hij/zij/het heeft zich gewassen | He/she/it has washed himself/herself/itself |
| wij hebben ons gewassen | We have washed ourselves |
| jullie hebben je gewassen | You have washed yourselves |
| zij hebben zich gewassen | They have washed themselves |