Assaggiare (proeven) - Presente, indicativo (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs) Delen Gekopieerd!

Assaggiare - Vervoeging van proeven in het Italiaans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, aanvoegende wijs (Presente, indicativo).
Presente, indicativo (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Assaggiare (proeven) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Syllabus: Italiaanse les - Cibo da asporto (Afhaalmaaltijden)
O.t.t. van proeven
Italiaans | Nederlands |
---|---|
(io) assaggio | ik proef |
(tu) assaggi | jij proeft |
(lui/lei) assaggia | hij/zij proeft |
(noi) assaggiamo | wij proeven |
(voi) assaggiate | jullie proeven |
(loro) assaggiano | zij proeven |
Voorbeeldzinnen
Italiaans | Nederlands |
---|---|
Assaggio la pizza prima di ordinarla. | Ik proef de pizza voordat ik hem bestel. |
Assaggi le patatine mentre aspetti l'ordine. | Je proeft de chips terwijl je op de bestelling wacht. |
Assaggia il prosciutto per vedere se è buono. | Hij/zij proeft de ham om te zien of hij lekker is. |
Assaggiamo il cibo cinese d'asporto insieme. | Wij proeven samen Chinees afhaaleten. |
Assaggiate l'hamburger prima di decidere il vostro ordine. | Proef de hamburger voordat u uw bestelling bepaalt. |
Assaggiano il gelato prima di scegliere il gusto. | Zij proeven het ijs voordat zij de smaak kiezen. |