Leer hoe je eten bestelt in het Italiaans met handige woorden zoals "pizza da asporto" (afhaalpizza), "menù" (menu), en "ordinare" (bestellen). Oefen gesprekken bij pizzeria's, restaurants en bars voor praktische situaties.
Woordenschat (14) Delen Gekopieerd!
Oefeningen Delen Gekopieerd!
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Esercizio 1: Gespreksoefening
Istruzione:
- Je wilt een afhaalmaaltijd bestellen. Wat zeg je? (Je wilt eten bestellen. Wat zeg je?)
- Kook je zelf of bestel je vaak eten om mee te nemen? Waarom? (Kook je zelf of bestel je vaak afhaalmaaltijden? Waarom?)
- Houd je van fastfood? En wat vind je van kant-en-klaarmaaltijden? (Hou je van fastfood? En hoe zit het met kant-en-klaarmaaltijden?)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten
Voorbeeldzinnen:
Ciao! Vorrei ordinare delle crocchette e della pasta al pomodoro, per favore. Hallo! Ik zou graag wat kroketten willen bestellen, evenals wat pasta met tomatensaus, alstublieft. |
Buonasera! Posso avere un Pad Thai, involtini primavera e riso fritto? Goedenavond! Mag ik alstublieft een Pad Thai, loempia's en gebakken rijst? |
Non mi piace cucinare. Perciò ordino cibo da asporto abbastanza spesso. Ik houd niet van koken. Daarom bestel ik vaak afhaalmaaltijden. |
Ordinare takeaway tutto il tempo è costoso. Quindi lo faccio solo a volte. Het is duur om altijd eten te bestellen. Dus doe ik het alleen soms. |
Preferisco cucinare da solo. È più sano ed economico. Ik kook liever zelf. Het is gezonder en goedkoper. |
Non mi piace il fast food come hamburger e patatine, ma adoro il cibo cinese. Ik houd niet van fastfood zoals hamburgers en friet, maar ik houd wel van Chinees eten. |
... |
Oefening 2: Gesprekskaarten
Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.
Oefening 3: Meerkeuze
Instructie: Kies de juiste oplossing
1. Vorrei ___ la pizza, per favore.
(Ik zou graag ___ de pizza proeven, alstublieft.)2. Oggi ___ qualcosa da mangiare da asporto.
(Vandaag ___ ik iets te eten om mee te nemen.)3. Lei ___ spesso il cibo cinese?
(U ___ vaak Chinees eten?)4. Ieri ___ preso l'hamburger con le patatine.
(Gisteren ___ ik de hamburger met frietjes genomen.)Oefening 4: Afhaaleten
Instructie:
Werkwoordschema's
Ordinare - Ordinare
Passato prossimo
- io ho ordinato
- tu hai ordinato
- lui/lei ha ordinato
- noi abbiamo ordinato
- voi avete ordinato
- loro hanno ordinato
Chiedere - Chiedere
Passato prossimo
- io ho chiesto
- tu hai chiesto
- lui/lei ha chiesto
- noi abbiamo chiesto
- voi avete chiesto
- loro hanno chiesto
Scegliere - Scegliere
Passato prossimo
- io ho scelto
- tu hai scelto
- lui/lei ha scelto
- noi abbiamo scelto
- voi avete scelto
- loro hanno scelto
Assaggiare - Assaggiare
Presente
- io assaggio
- tu assaggi
- lui/lei assaggia
- noi assaggiamo
- voi assaggiate
- loro assaggiano
Rimanere - Rimanere
Passato prossimo
- io sono rimasto/a
- tu sei rimasto/a
- lui è rimasto / lei è rimasta
- noi siamo rimasti/e
- voi siete rimasti/e
- loro sono rimasti/e
Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!
Wil je vandaag Italiaans oefenen? Dat is mogelijk! Neem gewoon vandaag nog contact op met een van onze docenten.
Les over Afhaalmaaltijden in het Italiaans
Deze les richt zich op het leren bestellen van afhaalmaaltijden in het Italiaans, zoals pizza, pasta en snacks van een bar. Het niveau is A2, wat betekent dat je al enige basiskennis hebt en nu leert hoe je praktische situaties kunt voeren.
Wat leer je in deze les?
- Hoe je een menukaart opvraagt en begrijpt: "Potrei avere il menù delle pizze da asporto?" (Mag ik de afhaalpizzakaart?).
- Verschillende pizza- en pastagerechten benoemen en bestellen, bijvoorbeeld Margherita, Diavola, Lasagne en Gnocchi al ragù.
- Belangrijke zinnen om te bestellen: Prendo una pizza Diavola, per favore. (Ik neem een pizza Diavola, alstublieft.) en Vorrei ordinare gli gnocchi al ragù. (Ik wil graag gnocchi met ragù bestellen.)
- Hoe je bevestigt hoeveelheden en levertijden bespreekt: bijvoorbeeld Quante porzioni desidera? (Hoeveel porties wilt u?) en Sarà pronta in 20 minuti. (Het is klaar over 20 minuten.)
Belangrijke uitdrukkingen en woorden
- Menù – menukaart
- Ordinare – bestellen
- Da asporto – om mee te nemen, afhaal
- Piatti (di pasta) – gerechten (pasta)
- Bevanda – drankje
- Pronto – klaar
Oefeningen en werkwoordvervoegingen
Naast dialogen oefen je ook met werkwoorden die veel voorkomen bij het bestellen en vragen, zoals avere (hebben), ordinare (bestellen), scegliere (kiezen) en chiamare (bellen). Deze worden vervoegd in de tegenwoordige tijd, bijvoorbeeld:
- Io ordino – ik bestel
- Tu chiedi – jij vraagt
- Lui/lei sceglie – hij/zij kiest
Praktisch verschil tussen Nederlands en Italiaans bij afhaalbestellingen
In het Italiaans gebruik je vaak beleefde verzoeken met woorden zoals potrei (zou ik kunnen) en vorrei (ik zou graag willen) om te bestellen. Dit is vergelijkbaar met het Nederlanders "mag ik" of "ik zou graag".
Daarnaast wordt de hoeveelheid vaak expliciet gevraagd en bevestigd, bijvoorbeeld Quante porzioni desidera? (Hoeveel porties wilt u?), wat minder nadrukkelijk in het Nederlands is. Verder is het belangrijk te weten dat da asporto letterlijk "om mee te nemen" betekent en dat dit duidelijk aangegeven wordt bij het bestellen.
Handige zinnen voor in het Nederlands en hun Italiaanse equivalenten:
- Mag ik het menu? – Potrei avere il menù?
- Ik wil graag een pizza bestellen. – Vorrei ordinare una pizza.
- Hoeveel porties wilt u? – Quante porzioni desidera?
- Het zal klaar zijn over 20 minuten. – Sarà pronta in 20 minuti.