10K+ studenten - 4.8/5
Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

Guardare (kijken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Vervoeging van guardare (kijken) voor alle werkwoordstijden met voorbeeldzinnen en oefeningen.

Guardare (kijken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Leermaterialen die dit werkwoord implementeren:

Niveau: A1

Module 4: Descrivere oggetti e persone (Objecten en mensen beschrijven)

Les 23: Aspetto fisico (Fysiek en uiterlijk)

Infinito Participio passato
Guardare (kijken) Guardato (gekeken)

Werkwoordstijden

Indicativo

Presente 

Italiaans Nederlands
(io) guardo ik kijk
(tu) guardi jij kijkt
(lui/lei) guarda hij/zij kijkt
(noi) guardiamo wij kijken
(voi) guardate jullie kijken
(loro) guardano zij kijken

Imperfetto 

Italiaans Nederlands
(io) guardavo ik keek
(tu) guardavi jij keek
(lui/lei) guardava hij/zij keek
(noi) guardavamo wij keken
(voi) guardavate jullie keken
(loro) guardavano zij keken

Passato prossimo 

Italiaans Nederlands
(io) ho guardato ik heb gekeken
(tu) hai guardato jij hebt gekeken
(lui/lei) ha guardato hij/zij heeft gekeken
(noi) abbiamo guardato wij hebben gekeken
(voi) avete guardato jullie hebben gekeken
(loro) hanno guardato zij hebben gekeken

Trapassato prossimo 

Italiaans Nederlands
(io) avevo guardato ik had gekeken
(tu) avevi guardato jij had gekeken
(lui/lei) aveva guardato hij/zij had gekeken
(noi) avevamo guardato wij hadden gekeken
(voi) avevate guardato jullie hadden gekeken
(loro) avevano guardato zij hadden gekeken

Futuro semplice 

Italiaans Nederlands
(io) guarderò ik zal kijken
(tu) guarderai jij zult kijken
(lui/lei) guarderà hij/zij zal kijken
(noi) guarderemo wij zullen kijken
(voi) guarderete jullie zullen kijken
(loro) guarderanno zij zullen kijken

Futuro anteriore 

Italiaans Nederlands
(io) avrò guardato ik zal hebben gekeken
(tu) avrai guardato jij zult gekeken hebben
(lui/lei) avrà guardato hij/zij zal hebben gekeken
(noi) avremo guardato wij zullen hebben gekeken
(voi) avrete guardato jullie zullen gekeken hebben
(loro) avranno guardato zij zullen gekeken hebben

Condizionale

Condizionale presente 

Italiaans Nederlands
(io) guarderei ik zou kijken
(tu) guarderesti jij zou kijken
(lui/lei) guarderebbe hij/zij zou kijken
(noi) guarderemmo wij zouden kijken
(voi) guardereste jullie zouden kijken
(loro) guarderebbero zij zouden kijken

Condizionale passato 

Italiaans Nederlands
(io) avrei guardato ik zou hebben gekeken
(tu) avresti guardato jij zou hebben gekeken
(lui/lei) avrebbe guardato hij/zij zou gekeken hebben
(noi) avremmo guardato wij zouden gekeken hebben
(voi) avreste guardato jullie zouden hebben gekeken
(loro) avrebbero guardato zij zouden hebben gekeken

Congiuntivo

Congiuntivo presente 

Italiaans Nederlands
(io) guardi ik kijk
(tu) guardi jij kijkt
(lui/lei) guardi hij/zij kijkt
(noi) guardiamo wij kijken
(voi) guardiate jullie kijken
(loro) guardino zij kijken

Congiuntivo passato 

Italiaans Nederlands
(io) che io abbia guardato ik heb gekeken
(tu) che tu abbia guardato jij hebt gekeken
(lui/lei) che lui/lei abbia guardato hij/zij heeft gekeken
(noi) che noi abbiamo guardato wij hebben gekeken
(voi) che voi abbiate guardato jullie hebben gekeken
(loro) che loro abbiano guardato zij hebben gekeken

Congiuntivo imperfetto 

Italiaans Nederlands
(io) guardassi ik keek
(tu) guardassi jij zou kijken
(lui/lei) guardasse hij/zij zou kijken
(noi) guardassimo wij keken
(voi) guardaste jullie keken
(loro) guardassero zij zouden kijken

Congiuntivo trapassato 

Italiaans Nederlands
(io) avessi guardato ik had gekeken
(tu) avessi guardato jij zou gekeken hebben
(lui/lei) avesse guardato hij/zij had gekeken
(noi) avessimo guardato wij hadden gekeken
(voi) aveste guardato jullie hadden gekeken
(loro) avessero guardato zij hadden gekeken

Imperativo

Imperativo 

Italiaans Nederlands
Guarda! kijk
Guarda! kijk
GuardI! Wij kijken!
Guardiamo! kijk jullie
Guardate! kijk/zij kijken