Słyszeć (horen)

Słyszeć (horen)

Leer het werkwoord "horen" te vervoegen in het Pools: tegenwoordige tijd, aantonende wijs

Czas teraźniejszy, tryb oznajmujący (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Słyszeć (horen)

Syllabus: Poolse les - Zmysły i postrzeganie (Zintuigen en waarnemen)

Verbuiging van horen in de tegenwoordige tijd

Pools Nederlands
(ja) słyszę ik hoor
(ty) słyszysz jij hoort
(on/ona/ono) słyszy hij/zij/het hoort
(my) słyszymy wij horen
(wy) słyszycie jullie horen
(oni/one) słyszą zij horen