Emitir (uitzenden) - Subjuntivo presente, subjuntivo (Aanvoegende wijs tegenwoordige tijd, aanvoegende wijs) Delen Gekopieerd!

Emitir - Vervoeging van uitzenden in het Spaans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de aanvoegende wijs, aanvoegende wijs tijd (Subjuntivo presente, subjuntivo).
Subjuntivo presente, subjuntivo (Aanvoegende wijs tegenwoordige tijd, aanvoegende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Emitir (uitzenden) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Lesprogramma: Spaanse les - Radio y podcasts (Radio en podcasts)
Vervoeging van uitzenden in de aanvoegende wijs tegenwoordige tijd
Spaans | Nederlands |
---|---|
(yo) emita | ik zend uit |
(tú) emitas | jij uitzend |
(él/ella) emita | hij/zijn uitzendt |
(nosotros/nosotras) emitamos | wij zenden uit |
(vosotros/vosotras) emitáis | jullie uitzenden |
(ellos/ellas) emitan | zij uitzenden |
Voorbeeldzinnen
Spaans | Nederlands |
---|---|
Espero que yo emita la información de manera clara. | Ik hoop dat ik de informatie duidelijk uitzend. |
Es importante que tú emitas el programa a tiempo. | Het is belangrijk dat jij het programma op tijd uitzendt. |
Sugiero que él emita el telediario después de la conferencia. | Ik stel voor dat hij het journaal uitzendt na de conferentie. |
Es vital que nosotros emitamos el documental informativo esta noche. | Het is van vitaal belang dat wij het informatieve documentaire vanavond uitzenden. |
Recomiendo que vosotros emitáis la serie desde el estudio principal. | Ik raad aan dat jullie de serie uitzenden vanuit de hoofdstudio. |
Es necesario que ellos emitan un comunicado sobre el acuerdo. | Het is noodzakelijk dat zij een verklaring over de overeenkomst uitzenden. |