Proberen (probieren) - Onvoltooid verleden tijd (OVT), aantonende wijs (Präteritum, indikativ) Teilen Kopiert!

Proberen - Konjugation von probieren im Niederländischen: Konjugationstabelle, Beispiele und Übungen im Plusquamperfekt, Indikativ. (Onvoltooid verleden tijd (OVT), aantonende wijs).
Onvoltooid verleden tijd (OVT), aantonende wijs (Präteritum, indikativ)
Alle Konjugationen und Zeiten: Proberen (probieren) - Verbkonjugation und Übungen
Lehrplan: Niederländischunterricht - Afhaalmaaltijden (Essen zum Mitnehmen)
Konjugation von probieren im Präteritum
Niederländisch | Deutsch |
---|---|
(ik) probeerde | ich probierte |
(jij) probeerde/probeerde | du probiertest |
(hij/zij/het) probeerde | er/sie/es probierte |
(wij) probeerden | wir probierten |
(jullie) probeerden | ihr probiertet |
(zij) probeerden | sie probierten |
Beispielsätze
Niederländisch | Deutsch |
---|---|
Ik probeerde de werkvergunning aan te vragen. | Ich versuchte, die Arbeitserlaubnis zu beantragen. |
Jij probeerde de afspraak bij het stadhuis te maken. | Du hast versucht, den Termin beim Rathaus zu vereinbaren. |
Hij probeerde het document goed in te vullen. | Er versuchte, das Dokument richtig auszufüllen. |
Wij probeerden verzekerd te blijven tijdens de werkloosheid. | Wir versuchten, während der Arbeitslosigkeit versichert zu bleiben. |
Jullie probeerden de inschrijving snel af te ronden. | Ihr habt versucht, die Anmeldung schnell abzuschließen. |
Zij probeerden eerst de ambtenaar om hulp te vragen. | Sie versuchten zuerst, den Beamten um Hilfe zu bitten. |