Auschecken (uitchecken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Vervoeging van auschecken (uitchecken) voor alle werkwoordstijden met voorbeeldzinnen en oefeningen.

 Auschecken (uitchecken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Leermaterialen die dit werkwoord implementeren:

Niveau: A2

Module 1: Reisen: ab ins Unbekannte! (Reizen: op avontuur!)

Les 6: Im Hotel (Op hotel)