Fliegen (vliegen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Vervoeging van fliegen (vliegen) voor alle werkwoordstijden met voorbeeldzinnen en oefeningen.

 Fliegen (vliegen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Leermaterialen die dit werkwoord implementeren:

Niveau: A1

Module 6: Die Stadt und das Dorf (De stad en het dorp)

Les 42: Transportmittel (Transport)