Ressentir (voelen) - Present, indicatif (Présent, indicatief)

 Ressentir (voelen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Ressentir - Vervoeging van voelen in het Frans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, indicatief (Present, indicatif).

Present, indicatif (Présent, indicatief)

Alle vervoegingen en tijden: Ressentir (voelen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Leerplan: Franse les - Émotions et sentiments (Emoties en gevoelens)

Vervoeging van voelen in de tegenwoordige tijd

Frans Nederlands
(je/j') ressens ik voel
(tu) ressens jij voelt
(il/elle/on) ressent hij/zij/men voelt
(nous) ressentons wij voelen
(vous) ressentez jullie voelen
(ils/elles) ressentent zij voelen

Voorbeeldzinnen

Frans Nederlands
Je ressens un peu de fatigue ce matin. Ik voel me een beetje moe vanmorgen.
Tu ressens souvent de la joie en couleur rose. Je voelt vaak vreugde in een roze kleur.
Elle ressent de la peur quand il fait noir. Ze voelt angst als het donker is.
Nous ressentons le bonheur quand nous sommes ensemble. Wij voelen geluk wanneer we samen zijn.
Vous ressentez la tristesse après ce mauvais jour. U voelt verdriet na deze slechte dag.
Ils ressentent l’amour quand ils se regardent. Ze voelen de liefde wanneer ze elkaar aankijken.