Cambiarsi (zich omkleden) - Passato prossimo, indicativo (Perfectum, aantonende wijs)

 Cambiarsi (zich omkleden) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Cambiarsi - Vervoeging van zich omkleden in het Italiaans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de voltooid tegenwoordige tijd, aantonende wijs (Passato prossimo, indicativo).

Passato prossimo, indicativo (Perfectum, aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Cambiarsi (zich omkleden) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Syllabus: Italiaanse les - Stili d'abbigliamento e moda (Kledingstijlen en mode)

Vervoeging van zich omkleden in passato prossimo

Italiaans Nederlands
si è cambiato/si è cambiata hij/zij heeft zich omgekleed

Voorbeeldzinnen

Italiaans Nederlands
Si è cambiato il vestito vintage per l'appuntamento. Hij/zij heeft zich omgekleed in de vintage jurk voor de afspraak.