Studiare (studeren) - Presente, indicativo (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs)

 Studiare (studeren) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Studiare - Vervoeging van studeren in het Italiaans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, indicatief. (Presente, indicativo).

Presente, indicativo (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs)

Alle vervoegingen en tijden: Studiare (studeren) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Syllabus: Italiaanse les - Professioni e studi (Beroepen en studies)

Verbuiging van studeren in de tegenwoordige tijd

Italiaans Nederlands
(io) studio ik studeer
(tu) studi jij studeert
(lui/lei) studia hij/zij studeert
(noi) studiamo wij studeren
(voi) studiate jullie studeren
(loro) studiano zij studeren

Voorbeeldzinnen

Italiaans Nederlands
Io studio per diventare un ingegnere. Ik studeer om ingenieur te worden.
Tu Studi ogni giorno, vero? Jij studeert elke dag, toch?
Lui studia per il lavoro da dottore. Hij studeert voor het werk als dokter.
Noi studiamo l’italiano insieme. Wij studeren Italiaans samen.
Voi studiate per il vostro esame domani. Jullie studeren voor jullie examen morgen.
Loro studiano la professione di insegnante. Zij studeren het leraarsberoep.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

studio, studi, studia, studiamo, studiate, studiano

1.
Tu ... ogni giorno, vero?
(Je studeert elke dag, toch?)
2.
Noi ... l’italiano insieme.
(Wij studeren Italiaans samen.)
3.
Loro ... la professione di insegnante.
(Zij studeren het leraarsberoep.)
4.
Lui ... per il lavoro da dottore.
(Hij studeert voor het werk als dokter.)
5.
Voi ... per il vostro esame domani.
(Jullie studeren voor jullie examen morgen.)
6.
Io ... per diventare un ingegnere.
(Ik studeer om ingenieur te worden.)