Vervoeging van beslissen (beslissen) voor alle werkwoordstijden met voorbeeldzinnen en oefeningen.
| Infinitief |
Voltooid deelwoord |
| Beslissen
(Beslissen)
|
Beslist
(Beslist)
|
Werkwoordsvormen
|
Aantonende wijs
|
Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)
Delen
Gekopieerd!
| Nederlands |
Nederlands |
| (ik) beslis |
(ik) beslis |
| (jij) beslist/beslis |
(jij) beslist/beslis |
| (hij/zij/het) beslist |
(hij/zij/het) beslist |
| (wij) beslissen |
(wij) beslissen |
| (jullie) beslissen |
(jullie) beslissen |
| (zij) beslissen |
(zij) beslissen |
|
Onvoltooid verleden tijd (OVT)
Delen
Gekopieerd!
| Nederlands |
Nederlands |
| (ik) besliste |
(ik) besliste |
| (jij) besliste/beslistest |
(jij) besliste/beslistest |
| (hij/zij/het) besliste |
(hij/zij/het) besliste |
| (wij) beslisten |
(wij) beslisten |
| (jullie) beslisten |
(jullie) beslisten |
| (zij) beslisten |
(zij) beslisten |
|
Voltooid tegenwoordige tijd (VTT)
Delen
Gekopieerd!
| Nederlands |
Nederlands |
| (ik) heb besloten |
(ik) heb besloten |
| (jij) hebt besloten / hebt besloten |
(jij) hebt besloten / hebt besloten |
| (hij/zij/het) heeft besloten |
(hij/zij/het) heeft besloten |
| (wij) hebben besloten |
(wij) hebben besloten |
| (jullie) hebben besloten |
(jullie) hebben besloten |
| (zij) hebben besloten |
(zij) hebben besloten |
|
Voltooid verleden tijd (VVT)
Delen
Gekopieerd!
| Nederlands |
Nederlands |
| (ik) heb besloten |
(ik) heb besloten |
| (jij) hebt besloten / hebt besloten |
(jij) hebt besloten / hebt besloten |
| (hij/zij/het) heeft besloten |
(hij/zij/het) heeft besloten |
| (wij) hebben besloten |
(wij) hebben besloten |
| (jullie) hebben besloten |
(jullie) hebben besloten |
| (zij) hebben besloten |
(zij) hebben besloten |
|
Onvoltooid toekomende tijd (OTTk)
Delen
Gekopieerd!
| Nederlands |
Nederlands |
| (ik) zal hebben beslist |
(ik) zal hebben beslist |
| (jij) zal hebben beslist / zult hebben beslist |
(jij) zal hebben beslist / zult hebben beslist |
| (hij/zij/het) zal hebben beslist |
(hij/zij/het) zal hebben beslist |
| (wij) zullen hebben beslist |
(wij) zullen hebben beslist |
| (jullie) zullen hebben beslist |
(jullie) zullen hebben beslist |
| (zij) zullen hebben beslist |
(zij) zullen hebben beslist |
|
Voltooid toekomende tijd (VTTk)
Delen
Gekopieerd!
| Nederlands |
Nederlands |
| (ik) zal/zou besloten hebben |
(ik) zal/zou besloten hebben |
| (jij) zult/zou besloten hebben |
(jij) zult/zou besloten hebben |
| (hij/zij/het) zal/zou besloten hebben |
(hij/zij/het) zal/zou besloten hebben |
| (wij) zullen/ zouden besloten hebben |
(wij) zullen/ zouden besloten hebben |
| (jullie) zullen/ zouden besloten hebben |
(jullie) zullen/ zouden besloten hebben |
| (zij) zullen/ zouden besloten hebben |
(zij) zullen/ zouden besloten hebben |
|
|
Conditionele wijs
|
Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT)
Delen
Gekopieerd!
| Nederlands |
Nederlands |
| ik zou beslissen |
ik zou beslissen |
| jij zou beslissen / zou jij beslissen |
jij zou beslissen / zou jij beslissen |
| hij/zij/het zou beslissen |
hij/zij/het zou beslissen |
| wij zouden beslissen |
wij zouden beslissen |
| jullie zouden beslissen |
jullie zouden beslissen |
| zij zouden beslissen |
zij zouden beslissen |
|
Conditionele Verleden Tijd (CVT)
Delen
Gekopieerd!
| Nederlands |
Nederlands |
| ik zou besloten hebben |
ik zou besloten hebben |
| jij zou besloten hebben / zou besloten hebben |
jij zou besloten hebben / zou besloten hebben |
| (hij/zij/het) hij zou besloten hebben / zij zou besloten hebben / het zou besloten hebben |
(hij/zij/het) hij zou besloten hebben / zij zou besloten hebben / het zou besloten hebben |
| wij zouden besloten hebben |
wij zouden besloten hebben |
| jullie zouden besloten hebben |
jullie zouden besloten hebben |
| zij zouden besloten hebben |
zij zouden besloten hebben |
|
|
Imperatief (gebiedende wijs)
|
Gebiedende wijs
Delen
Gekopieerd!
| Nederlands |
Nederlands |
| Beslis! |
Beslis! |
|