Bakken (hornear) - Conjugación de verbos y ejercicios

Conjugación de bakken (hornear) para todos los tiempos verbales con frases de ejemplo y ejercicios.

 Bakken (hornear) - Conjugación de verbos y ejercicios

Materiales de aprendizaje que implementan este verbo:

Nivel: A1

Módulo 3: Dag tot dag (Día a día)

Lección 17: Koken en bakken (Cocinar y hornear)

Infinitief Voltooid deelwoord
Bakken (hornear) Gebakken (Horneado)

Tiempos verbales

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Neerlandés Español
(ik) bak yo horneo
(jij) bakt/bak tú horneas/horneo
(hij/zij/het) bakt él/ella/eso hornea
(wij) bakken nosotros horneamos
(jullie) bakken vosotros horneáis
(zij) bakken ellas hornean

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Neerlandés Español
(ik) bakte yo horneé
(jij) bakte tú horneaste
(hij/zij/het) bakte él/ella/eso horneó
(wij) bakten nosotros horneamos
(jullie) bakten vosotros horneasteis
(zij) bakten ellas hornearon

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Neerlandés Español
(ik) heb gebakken yo he horneado
(jij) hebt/heb gebakken tú has horneado
(hij/zij/het) heeft gebakken él/ella/eso ha horneado
(wij) hebben gebakken nosotros hemos horneado
(jullie) hebben gebakken vosotros habéis horneado
(zij) hebben gebakken ellas han horneado

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Neerlandés Español
(ik) heb gebakken yo he horneado
(jij) hebt/heb gebakken tú has horneado
(hij/zij/het) heeft gebakken él/ella/eso ha horneado
(wij) hebben gebakken nosotros hemos horneado
(jullie) hebben gebakken vosotros habéis horneado
(zij) hebben gebakken Ellos hornearon

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Neerlandés Español
(ik) zal gebakken hebben yo habré horneado
(jij) zult/zal gebakken hebben tú habrás horneado
(hij/zij/het) zal gebakken hebben él/ella/eso habrá horneado
(wij) zullen gebakken hebben nosotros habremos horneado
(jullie) zullen gebakken hebben vosotros habréis horneado
(zij) zullen gebakken hebben ellas habrán horneado

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Neerlandés Español
(ik) zal/zou hebben gebakken yo habré horneado / yo habría horneado
(jij) zult/zou zullen hebben gebakken tú habrás horneado/tú habrías horneado
(hij/zij/het) zal/zou hebben gebakken él/ella/eso habrá horneado
(wij) zullen/zouden hebben gebakken nosotros habremos/habríamos horneado
(jullie) zullen/zouden hebben gebakken vosotros habréis/haríais horneado
(zij) zullen/zouden hebben gebakken ellos habrán/ellos habrían horneado
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Neerlandés Español
(ik) zou bakken yo hornearía
(jij) zou bakken tú hornearías
(hij/zij/het) zou bakken él/ella/ello hornearía
(wij) zouden bakken nosotros hornearíamos
(jullie) zouden bakken vosotros hornearíais
(zij) zouden bakken ellas hornearían

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Neerlandés Español
(ik) zou gebakken hebben yo habría horneado
(jij) zou gebakken hebben tú habrías horneado
(hij/zij/het) zou gebakken hebben él/ella/eso habría horneado
(wij) zouden gebakken hebben nosotros habríamos horneado
(jullie) zouden gebakken hebben vosotros habríais horneado
(zij) zouden gebakken hebben ellas habrían horneado
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Neerlandés Español
Bak! hornea