Beginnen (commencer)

Beginnen (commencer)

Apprenez à conjuguer le verbe « Commencer » en néerlandais : futur antérieur, mode indicatif

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk), aantonende wijs (Futur antérieur, indicatif)

Toutes les conjugaisons et les temps: Beginnen (commencer)

Programme : cours de néerlandais - Dagelijkse routines (Routine quotidienne)

Conjugaison de commencer au futur simple

Néerlandais Français
(ik) zal begonnen zijn je commencerai
(jij) zal/zult begonnen zijn tu auras commencé
(hij/zij/het) zal begonnen zijn il/elle aura commencé
(wij) zullen begonnen zijn nous aurons commencé
(jullie) zullen begonnen zijn vous aurez commencé
(zij) zullen begonnen zijn ils auront commencé