Leihen (lenen) - Perfekt, indikativ (Voltooid tegenwoordige tijd, indicatief) Delen Gekopieerd!
Leihen - Verbuiging van lenen in het Duits: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de voltooide tijd, aanvoegende wijs (Perfekt, indikativ).
Perfekt, indikativ (Voltooid tegenwoordige tijd, indicatief)
Alle vervoegingen en tijden: Leihen (lenen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Syllabus: Duitse les - Ein Transportmittel mieten (Transport huren)
Vervoeging van lenen in de voltooide tijd
| Duits | Nederlands |
|---|---|
| (ich) habe geliehen | ik heb geleend |
| (du) hast geliehen | jij hebt geleend |
| (er/sie/es) hat geliehen | hij/zij/het heeft geleend |
| (wir) haben geliehen | wij hebben geleend |
| (ihr) habt geliehen | jullie hebben geleend |
| (sie) haben geliehen | zij hebben geleend |
Voorbeeldzinnen
| Duits | Nederlands |
|---|---|
| Ich habe den Mietwagen für eine Woche geliehen. | Ik heb de huurauto voor een week geleend. |
| Du hast den Motorroller mit der Kreditkarte geliehen. | Jij hebt de scooter met de creditcard geleend. |
| Er hat den Vertrag vor dem Leihen überprüft. | Hij heeft het contract voor het lenen gecontroleerd. |
| Wir haben die neue Versicherung für das Auto geliehen. | Wij hebben de nieuwe verzekering voor de auto geleend. |
| Ihr habt das Formular für den Mietwagen geliehen. | Jullie hebben het formulier voor de huurauto geleend. |
| Sie haben den Führerschein zum Leihen gezeigt. | Zij hebben het rijbewijs geleend getoond. |