Contare (tellen) - Presente, indicativo (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs) Delen Gekopieerd!

Contare - Vervoeging van contare in het Italiaans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, indicatief (Presente, indicativo).
Presente, indicativo (Tegenwoordige tijd, aantonende wijs)
Alle vervoegingen en tijden: Contare (tellen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Syllabus: Italiaanse les - Numeri e conteggio (Cijfers en tellen)
Verbuiging van tellen in de tegenwoordige tijd
Italiaans | Nederlands |
---|---|
(io) conto | ik tel |
(tu) conti | jij telt |
(lui/lei) conta | hij/zij telt |
(noi) contiamo | wij tellen |
(voi) contate | jullie tellen |
(loro) contano | zij tellen |
Voorbeeldzinnen
Italiaans | Nederlands |
---|---|
Io conto fino a dieci lentamente. | Ik tel langzaam tot tien. |
Tu conti le mele sul tavolo. | Jij telt de appels op de tafel. |
Lui conta i soldi per comprare il pane. | Hij telt het geld om het brood te kopen. |
Noi contiamo insieme fino a venti. | Wij tellen samen tot twintig. |
Voi contate le sedie nella stanza. | Jullie tellen de stoelen in de kamer. |
Loro contano le persone nella classe. | Zij tellen de mensen in de klas. |