10K+ studenten - 4.8/5
Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie
¿Sabes dónde se colocan correctamente los cubiertos?
Weet je waar het bestek correct wordt neergelegd?

Oefening 1: Woordbingo

Instructie: 1. Luister minimaal twee keer naar de video en geef de woorden aan die je hoort. 2. Gebruik de woorden om een gesprek te vormen met je docent (schrijf je gesprek op). 3. Memoriseer de woorden met de woordentrainer.

Woord Vertaling
los cubiertos het bestek
la mesa de tafel
el lado derecho de rechterkant
el cuchillo het mes
los tenedores de vorken
se colocan worden neergelegd
frente voor
la cuchara de lepel
hacia el centro naar het midden

Oefening 2: Tekst

Instructie: 1. Lees de tekst in tweetallen. 2. Leer de zinnen uit het hoofd door de vertaling af te dekken.

Lee el texto sobre dónde colocar los cubiertos en la mesa.

Lees de tekst over waar bestek op tafel te leggen.
Hay dos formas de poner los cubiertos. (Er zijn twee manieren om het bestek neer te leggen.)
Primero: se ponen los cubiertos poco a poco en cada comida. (Ten eerste: het bestek wordt beetje bij beetje neergelegd bij elke gang.)
Segundo: se ponen todos los cubiertos al principio. (Ten tweede: al het bestek wordt aan het begin neergelegd.)
En el lado derecho, de fuera a dentro, se pone la cuchara para la sopa, el tenedor para el pescado y el cuchillo para la carne. (Aan de rechterkant, van buiten naar binnen, ligt de soeplepel, de vork voor de vis en het mes voor het vlees.)
En el lado izquierdo se ponen los tenedores para pescado y carne. (Aan de linkerkant liggen de vorken voor vis en vlees.)
Los cubiertos se usan en orden de consumición. (Het bestek wordt gebruikt volgens de volgorde van consumptie.)
Los cubiertos para el postre se ponen delante del plato. (Het bestek voor het dessert wordt voor het bord neergelegd.)
La cuchara y el cuchillo miran a la izquierda. (De lepel en het mes wijzen naar links.)
El tenedor mira a la derecha. (De vork wijst naar rechts.)

Oefening 3: Vragen over de tekst

Instructie: Lees de bovenstaande tekst en kies het juiste antwoord.

1. ¿Cuántas opciones existen para colocar los cubiertos según el texto?

(Hoeveel opties zijn er om het bestek te plaatsen volgens de tekst?)

2. ¿Qué cubiertos se colocan en el lado derecho de la mesa?

(Welk bestek wordt aan de rechterkant van de tafel gelegd?)

3. ¿Dónde se colocan los cubiertos del postre?

(Waar wordt het dessertbestek neergelegd?)

4. ¿Cómo se colocan los cubiertos en orden según el texto?

(Hoe wordt het bestek in de juiste volgorde neergelegd volgens de tekst?)

Oefening 4: Openingsvragen voor gesprekken

Instructie: Bespreek de volgende vragen met je leraar met behulp van de woordenschat uit deze les, en schrijf je antwoorden op.

  1. ¿Qué diferencias notas entre poner los cubiertos poco a poco y ponerlos todos al principio?
    2. Welke verschillen merk je op tussen het bestek beetje bij beetje op tafel leggen en het allemaal in één keer neerleggen?
  2. ¿Cómo organizas los cubiertos según el tipo de comida cuando pones la mesa en casa?
    3. Hoe organiseer je het bestek volgens het type eten wanneer je thuis de tafel dekt?
  3. ¿Por qué crees que los cubiertos del postre se colocan delante del plato?
    4. Waarom denk je dat het dessertbestek voor het bord wordt geplaatst?
  4. Describe cómo colocarías los cubiertos en orden de uso para una comida formal.
    5. Beschrijf hoe je het bestek in volgorde van gebruik zou leggen voor een formele maaltijd.