Lernen (leren)

Lernen (leren)

Leer het werkwoord "lernen" te vervoegen in het Duits: voltooid tegenwoordige tijd, aantonende wijs.

Perfekt, indikativ (Voltooid tegenwoordige tijd, indicatief)

Alle vervoegingen en tijden: Lernen (leren)

Syllabus: Duitse les - Berufe und Studium (Beroepen en studies)

Vervoeging van leren in de voltooide tijd

Duits Nederlands
(ich) habe gelernt ik heb geleerd
(du) hast gelernt jij hebt geleerd
(er/sie/es) hat gelernt hij/zij/het heeft geleerd
(wir) haben gelernt wij hebben geleerd
(ihr) habt gelernt jullie hebben geleerd
(sie) haben gelernt zij hebben geleerd