10K+ students - 4.8/5
Learn with a teacher Learning materials included Practise conversation
Maak realistische doelen, die je ook kunt halen! Leer in de video over de SMART-methode.
Set realistic goals that you can actually achieve! Learn about the SMART method in the video.

Exercise 1: Word bingo

Instruction: Watch the video and recognize the vocabulary.

Word Translation
het doel the goal
het plan the plan
meetbaar measurable
niet realistisch not realistic
iets willen bereiken wanting to achieve something
iets willen doen wanting to do something
Je wilt een doel stellen, maar hoe begin je? (You want to set a goal, but how do you start?)
Hoe pak je dat aan? (How do you go about it?)
In het werk en op school gebruiken mensen vaak SMART-doelen. (At work and at school, people often use SMART goals.)
Een doel bereiken begint met een goed plan. (Achieving a goal starts with a good plan.)
Je doel moet duidelijk zijn: wat wil je precies? (Your goal must be clear: what exactly do you want?)
Bijvoorbeeld: "Ik wil gaan hardlopen." (For example: "I want to go running.")
Maak je doel meetbaar: bijvoorbeeld 2 keer per week 5 kilometer. (Make your goal measurable: for example, 5 kilometres twice a week.)
Vraag jezelf af: is dit haalbaar voor mij? Kies een doel dat mogelijk is. (Ask yourself: is this achievable for me? Choose a goal that is possible.)
Hardlopen is goed, maar meteen 10 kilometer is niet realistisch. (Running is good, but immediately 10 kilometres is not realistic.)
Begin met 4 kilometer en breid dat langzaam uit. (Start with 4 kilometres and gradually increase it.)
Geef je doel een duidelijk begin en een duidelijk einde. (Give your goal a clear beginning and a clear end.)
Op die manier kun je je droom of wens echt waarmaken. (That way you can really make your dream or wish come true.)
Tip: begin met een klein doel en maak het daarna groter. (Tip: start with a small goal and then make it bigger.)
Stel positieve doelen: focus op wat je wél wilt doen, niet op wat je niet wilt. (Set positive goals: focus on what you do want to do, not on what you don't want.)

Exercise 2: Dialogue

Instruction: Read the dialogue and answer the questions.

Twee collega's praten over nieuwe uitdagingen en bucketlistdromen.

Two colleagues talk about new challenges and bucket list dreams.
1. Joris: Ik wil iets bijzonders doen, misschien een wereldreis maken. (I want to do something special, maybe go on a world trip.)
2. Nine: Dat klinkt leuk, maar heb je daar al een plan voor? (That sounds nice, but do you already have a plan for it?)
3. Joris: Nog niet precies, maar ik zou beginnen met Europa. (Not exactly yet, but I would start with Europe.)
4. Nine: Slim, dat is een goed doel om mee te starten. (Smart, that is a good goal to start with.)
5. Joris: Ja, ik wil het duidelijk en meetbaar maken, elk jaar één land bezoeken. (Yes, I want to make it clear and measurable, visit one country every year.)
6. Nine: Goed idee, ik zou ook graag mijn dromen waar willen maken. (Good idea, I would also like to make my dreams come true.)
7. Joris: Wat wil jij graag doen of bereiken? (What do you want to do or achieve?)
8. Nine: Ik droom van een eigen café, maar dat is niet makkelijk. Ik vind ons werk nu ook fijn. (I dream of my own café, but that is not easy. I also like our work now.)
9. Joris: Ik zou het proberen, stap voor stap, op een realistische manier. (I would try it, step by step, in a realistic way.)
10. Nine: Dat is bemoedigend. Je hebt gelijk, ik maak eerst een klein plan en dan groter. (That is encouraging. You are right, I will first make a small plan and then a bigger one.)
11. Joris: Perfect, zo worden onze dromen echte doelen! (Perfect, that way our dreams become real goals!)

Exercise 3: Questions about the text

Instruction: Read the text above and choose the correct answer.

1. Wat is Joris zijn eerste stap bij het plannen van zijn wereldreis?

(What is Joris's first step in planning his world trip?)

2. Waarom vindt Nine het een goed idee om klein te beginnen met je doel?

(Why does Nine think it is a good idea to start small with your goal?)

3. Wat is Nine haar droom volgens de tekst?

(What is Nine's dream according to the text?)

4. Hoe moedigt Joris Nine aan om haar droom waar te maken?

(How does Joris encourage Nine to realize her dream?)

Exercise 4: Open conversation questions

Instruction: Answer the questions and correct with your teacher.

  1. Welk groot doel wil jij in de toekomst bereiken en waarom?
    2. Which big goal do you want to achieve in the future and why?
  2. Hoe kun jij jouw droom realistisch en meetbaar maken, zoals Joris dat doet?
    3. How can you make your dream realistic and measurable, like Joris does?
  3. Vind jij het belangrijk om klein te beginnen met een plan? Waarom wel of niet?
    4. Do you think it is important to start small with a plan? Why or why not?
  4. Wat is jouw eerste stap om een wens of droom waar te maken?
    5. What is your first step to make a wish or dream come true?