Op de camping

Na kempingu

Leer de namen van veelvoorkomende natuurlijke objecten.
Navigeer met een kaart of GPS.
Ken de gebruikelijke gebieden om te kamperen in je nieuwe land.

Vorige Volgende

Oefeningen

Werkblad voor studenten

Delen Gekopieerd!

Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.

Oefening 1: Gesprekskaarten

Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.

Rozmowa o przyrodzie na kempingu

Voorbeeld 1

Co widzisz wokół naszego namiotu?

Wat zie je rond onze tent?

Widzę drzewa i mały strumień niedaleko.

Ik zie bomen en een klein beekje vlakbij.

Na łące rosną kolorowe kwiaty.

Op de wei groeien kleurrijke bloemen.

Słyszę też śpiew ptaków w oddali.

Ik hoor ook het gezang van vogels in de verte.

Voorbeeld 2

Jaki jest teren, na którym rozbiliśmy namiot?

Hoe is het terrein waar we onze tent hebben opgezet?

To las sosnowy z miękkim mchem na ziemi.

Het is een dennenbos met zachte mos op de grond.

Widziałem też kilka grzybów pod drzewami.

Ik heb ook een paar paddenstoelen onder de bomen gezien.

Przyroda tutaj jest naprawdę piękna i spokojna.

De natuur hier is echt mooi en rustig.

Korzystanie z mapy podczas wędrówki

Voorbeeld 1

Masz mapę tej okolicy?

Heb je een kaart van deze omgeving?

Tak, mam. Sprawdźmy, gdzie jesteśmy.

Ja, die heb ik. Laten we kijken waar we zijn.

Jest jezioro, a przy nim nasz namiot.

Er is een meer, en bij het meer staat onze tent.

Trzeba iść na północ, potem skręcić w prawo do lasu.

We moeten naar het noorden gaan, daarna rechtsaf het bos in.

Voorbeeld 2

Czy wiesz, jak dojść do punktu widokowego?

Weet je hoe je bij het uitkijkpunt komt?

Według mapy to około 2 km stąd na południe.

Volgens de kaart is het ongeveer 2 km hier vandaan naar het zuiden.

Jeśli pójdziemy tym szlakiem, będzie łatwo.

Als we dit pad volgen, wordt het makkelijk.

Mogę też włączyć GPS, żeby łatwiej się orientować.

Ik kan ook GPS aanzetten om het makkelijker te vinden.

Wybór regionu na wakacje pod namiotem

Voorbeeld 1

Gdzie chciałbyś pojechać na kemping w Polsce?

Waar zou je graag willen kamperen in Nederland?

Myślę o Mazurach, tam jest wiele jezior i piękna przyroda.

Ik denk aan de Veluwe, daar zijn veel meren en mooie natuur.

Można tam też wynająć sprzęt wodny.

Je kunt daar ook watersportmateriaal huren.

A Ty? Wolisz góry czy jeziora?

En jij? Houd je meer van bergen of meren?

Voorbeeld 2

Słyszałem, że Bieszczady to świetne miejsce na kemping.

Ik heb gehoord dat de Biesbosch een geweldige plek is om te kamperen.

Zgadza się, jest tam dużo dzikiej przyrody.

Dat klopt, er is daar veel wilde natuur.

Można zobaczyć rzadkie zwierzęta i piękne widoki.

Je kunt zeldzame dieren en prachtige uitzichten zien.

Może pojedziemy tam w przyszłym miesiącu?

Misschien gaan we daar volgende maand naartoe?

Oefening 2: Meerkeuze

Instructie: Kies de juiste oplossing

1. W przyszły weekend __________ pod namiot nad jezioro.

2. Na kempingu __________ rozkładać namiot i przygotowywać ognisko.

3. Po południu __________ na spacer po lesie i będziemy oglądać drzewa.

4. Wieczorem __________ razem przy ognisku i opowiemy historie o Polsce.

Oefening 3: Op de camping

Instructie:

W sobotę rano (Pakować - Czas teraźniejszy) namiot i (Sprawdzać - Czas teraźniejszy) mapę. Razem z rodziną (Jechać - Czas teraźniejszy) do lasu na kemping. Po przyjeździe Jan i Ania (Rozstawiać - Czas teraźniejszy) namiot, a ja (Przygotowywać - Czas teraźniejszy) ognisko. Wieczorem (Być - Czas przyszły prosty) rozmawiać przy ognisku i (Śpiewać - Czas przyszły prosty) piosenki. To będzie wspaniały weekend!

Zaterdagochtend pak ik in (Inpakken - Tegenwoordige tijd) de tent en controleer ik (Controleren - Tegenwoordige tijd) de kaart. Samen met familie rijden we (Rijden - Tegenwoordige tijd) naar het bos voor een camping. Na aankomst zetten Jan en Ania (Opzetten - Tegenwoordige tijd) de tent op, en ik maak (Maken - Tegenwoordige tijd) het kampvuur klaar. 's Avonds zullen we (Zijn - Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd) bij het kampvuur praten en zingen (Zingen - Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd) liedjes. Het wordt een geweldig weekend!

Werkwoordschema's

Pakować - Inpakken

Czas teraźniejszy

(ja) pakuję
(ty) pakujesz
(on/ona/ono) pakuje
(my) pakujemy
(wy) pakujecie
(oni/one) pakują

Sprawdzać - Controleren

Czas teraźniejszy

(ja) sprawdzam
(ty) sprawdzasz
(on/ona/ono) sprawdza
(my) sprawdzamy
(wy) sprawdzacie
(oni/one) sprawdzają

Jechać - Rijden

Czas teraźniejszy

(ja) jadę
(ty) jedziesz
(on/ona/ono) jedzie
(my) jedziemy
(wy) jedziecie
(oni/one) jadą

Rozstawiać - Opzetten

Czas teraźniejszy

(ja) rozstawiam
(ty) rozstawiasz
(on/ona/ono) rozstawia
(my) rozstawiamy
(wy) rozstawiacie
(oni/one) rozstawiają

Przygotowywać - Maken

Czas teraźniejszy

(ja) przygotowuję
(ty) przygotowujesz
(on/ona/ono) przygotowuje
(my) przygotowujemy
(wy) przygotowujecie
(oni/one) przygotowują

Być - Zijn

Czas przyszły prosty

(ja) będę
(ty) będziesz
(on/ona/ono) będzie
(my) będziemy
(wy) będziecie
(oni/one) będą

Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!

Wil je vandaag Pools oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.

Schrijf je nu in!

Oefeningen

Werkblad voor studenten

Delen Gekopieerd!

Oefening 1: Gesprekskaarten

Oefening 2: Meerkeuze

Oefening 3: Op de camping

Werkwoordschema's

Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!

Deze lessen zouden niet mogelijk zijn zonder onze geweldige partners🙏

Gesprekslessen

Wie is coLanguage?

Onze andere leermaterialen

Op de camping

Oefeningen Werkblad voor studenten Delen Gekopieerd!

Oefening 1: Gesprekskaarten

Oefening 2: Meerkeuze

Oefening 3: Op de camping

Werkwoordschema's

Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!

Deze lessen zouden niet mogelijk zijn zonder onze geweldige partners🙏

Oefeningen

Werkblad voor studenten

Delen Gekopieerd!