Let in de video bij seconde 37 op het gebruik van verkleinwoorden. Dat wordt vaak gebruikt om iets mooier voor te stellen als het is, of om iets te omschrijven. (Een biertje, een patatje friet,...).
Achte im Video bei Sekunde 37 auf die Verwendung von Verkleinerungsformen. Diese werden oft verwendet, um etwas schöner darzustellen, als es ist, oder um etwas zu beschreiben. (Ein Bierchen, eine Pommesbude, ...).

Übung 1: Wort-Bingo

Anleitung: 1. Höre dir das Video mindestens zweimal an und gib die Wörter an, die du hörst. 2. Verwende die Wörter, um ein Gespräch mit deinem Lehrer zu führen (schreibe dein Gespräch auf). 3. Lerne die Wörter mit dem Worttrainer auswendig.

Wort Übersetzung
dromedaris Dromedaris
neushoorn Nashorn
zebra Zebra
leeuw Löwe
een enorm gebied ein riesiges Gebiet
huisjes Häuser
boomhutten Baumhäuser
safaritenten Safarizelte
genieten van de dieren Tiere genießen
uitkijken ausblicken
leeuwenvlakte Löwenfeld
een resort ein Resort
hartstikke nep vollkommen unecht

Übung 2: Text

Anleitung: 1. Lesen Sie den Text zu zweit. 2. Lernen Sie die Phrasen, indem Sie die Übersetzung abdecken.

Nederlanders staan bekend om hun creativiteit. Dus waarom niet lekker op safari in Brabant?

Niederländer sind bekannt für ihre Kreativität. Also warum nicht eine Safari in Brabant machen?
De Beekse Bergen is een leuk familiepark in Brabant. (De Beekse Bergen ist ein schöner Familienpark in Brabant.)
Binnenkort kun je er slapen tussen dromedarissen, neushoorns, zebra's en zelfs leeuwen. (Bald kann man dort zwischen Dromedaren, Nashörnern, Zebras und sogar Löwen schlafen.)
Er komt een groot nieuw stuk bij in het dierenpark, wel 42 hectare groot. (Im Tierpark gibt es ein großes neues Gebiet, ganze 42 Hektar groß.)
Dat is net zo groot als 42 voetbalvelden! (Das ist so groß wie 42 Fußballfelder!)
Er komen 425 huisjes, luxe safaritenten en boomhutten. (Es werden 425 Häuser, luxuriöse Safarizelte und Baumhäuser gebaut.)
Het werd tijd voor iets nieuws in het park. (Es war Zeit für etwas Neues im Park.)
Je kunt drie soorten verblijf kiezen, zodat je 's ochtends en 's avonds de dieren goed kunt zien. (Man kann zwischen drei Unterkunftsarten wählen, damit man morgens und abends die Tiere gut sehen kann.)
Stel je voor: je zit op het terras van je huisje, je hebt ontbijt gemaakt en je kijkt uit over de leeuwen. (Stellen Sie sich vor: Sie sitzen auf der Terrasse Ihres Hauses, haben Frühstück gemacht und blicken auf die Löwen.)
Op de plek waar vroeger de bowlingbaan was, komen een restaurant, een zwembad en een speeltuin. (An der Stelle, wo früher die Bowlingbahn war, kommen ein Restaurant, ein Schwimmbad und ein Spielplatz.)
Je bent niet in Afrika, maar gewoon in Brabant. (Sie sind nicht in Afrika, sondern ganz einfach in Brabant.)
De dieren zijn hier wel echt! (Die Tiere sind hier wirklich echt!)
Er is een grote gracht tussen de huisjes en de dieren, voor ieders veiligheid. (Zwischen den Häusern und den Tieren gibt es einen großen Graben, zur Sicherheit aller.)
Want niemand wil dat er kinderen bij de leeuwen komen! (Denn niemand will, dass Kinder zu den Löwen kommen!)

Übung 3: Fragen zum Text

Anleitung: Lies den obigen Text und wähle die richtige Antwort aus.

1. Welke dieren kun je zien als je in De Beekse Bergen slaapt?

(Welche Tiere kannst du sehen, wenn du in De Beekse Bergen schläfst?)

2. Wat komt er op de plek van de oude bowlingbaan?

(Was entsteht an der Stelle der alten Bowlingbahn?)

3. Hoeveel huisjes en andere verblijven komen er in het nieuwe gebied?

(Wie viele Häuschen und andere Unterkünfte entstehen im neuen Gebiet?)

4. Waarom is er een gracht tussen de huisjes en de dieren?

(Warum gibt es einen Graben zwischen den Häuschen und den Tieren?)

Übung 4: Offene Gesprächsfragen

Anleitung: Besprechen Sie die folgenden Fragen mit Ihrem Lehrer unter Verwendung des Vokabulars aus dieser Lektion und schreiben Sie Ihre Antworten auf.

  1. Welke dieren zou je graag willen zien tijdens een verblijf in De Beekse Bergen en waarom?
  2. Welche Tiere würdest du gerne während eines Aufenthalts in De Beekse Bergen sehen und warum?
  3. Wat vind jij belangrijk wanneer je een verblijf kiest in een dierenpark, bijvoorbeeld een safaritent of een boomhut?
  4. Was findest du wichtig, wenn du einen Aufenthalt in einem Tierpark auswählst, zum Beispiel ein Safarizelt oder eine Baumhütte?
  5. Hoe zou jij een familie-uitje naar een dierentuin plannen zodat iedereen iets leert over de dieren en het landschap?
  6. Wie würdest du einen Familienausflug in einen Zoo planen, damit alle etwas über die Tiere und die Landschaft lernen?
  7. Kun je een ervaring beschrijven die je hebt gehad in een dierentuin of op safari, en wat je het meest is bijgebleven?
  8. Kannst du eine Erfahrung beschreiben, die du in einem Zoo oder auf Safari gemacht hast, und was dir am meisten in Erinnerung geblieben ist?