A2.31: Bucket list

Bucketlist

This Dutch lesson teaches how to give advice and discuss future plans using the conditional tense. It includes dialogues about bucket lists, travel plans, and personal goals with practical phrases and verb conjugation exercises. Key structures include polite advice expressions like 'Ik raad je aan' and conditional phrases such as 'Als ik jou was, zou ik...'. The lesson is suitable for A2 level learners and focuses on natural, helpful conversation skills.

Vocabulary (13)

 Dromen (to dream) - Verb conjugation and exercises

Dromen

Show

To dream Show

 Het beroep: The profession (Dutch)

Het beroep

Show

The profession Show

 Het begin: The beginning (Dutch)

Het begin

Show

The beginning Show

 De toekomst: The future (Dutch)

De toekomst

Show

The future Show

 Het einde: The end (Dutch)

Het einde

Show

The end Show

 Onmogelijk: Impossible (Dutch)

Onmogelijk

Show

Impossible Show

 De wereldreis: The round-the-world trip (Dutch)

De wereldreis

Show

The round-the-world trip Show

 Willen zijn: to want to be (Dutch)

Willen zijn

Show

To want to be Show

 Een wens vervullen: To fulfil a wish (Dutch)

Een wens vervullen

Show

To fulfil a wish Show

 De wens: The wish (Dutch)

De wens

Show

The wish Show

 De droom: The dream (Dutch)

De droom

Show

The dream Show

 Wensen (to wish) - Verb conjugation and exercises

Wensen

Show

To wish Show

 Realiseren (to realise) - Verb conjugation and exercises

Realiseren

Show

To realise Show

Exercises

These exercises can be done together during conversation lessons or as homework.

Exercise 1: Translate and use in a sentence

Instruction: Pick a word, translated and use the word in a sentence or dialogue.

1

Het einde


The end

2

Realiseren


To realise

3

De toekomst


The future

4

Het begin


The beginning

5

De wereldreis


The round-the-world trip

Oefening 2: Conversation exercise

Instructie:

  1. What did you want to be when you were a child? (What did you want to be when you were a child?)
  2. What plans do you have for the future? Would you like to change your job anytime soon? (What plans do you have for the future? Would you like to change your job anytime soon?)
  3. How will you accomplish them? (How will you accomplish them?)

Teaching guidelines +/- 10 minutes

Example phrases:

Toen ik klein was, wilde ik brandweerman worden.

When I was little I wanted to become a firefighter.

Als kind droomde ik ervan om dokter te worden.

As a child I dreamed of becoming a doctor.

Ik wil in de toekomst meer verantwoordelijkheid in mijn werk hebben.

I want to have more responsibility in my job in the future.

Ik wil over een paar jaar de baas van mijn bedrijf zijn.

I want to be the boss of my company in a few years.

Ik wil binnenkort van beroep veranderen omdat ik niet tevreden ben met mijn huidige baan.

I would like to change my profession soon because I am not happy with my current job.

Ik ga weer naar de universiteit om leraar te worden.

I will go to university again to become a teacher.

...

Exercise 3: Dialogue Cards

Instruction: Select a situation and practice the conversation with your teacher or fellow students.

Exercise 4: Multiple Choice

Instruction: Choose the correct solution

1. Als ik jou was, ___ ik mijn droom om een wereldreis te maken niet uitstellen.

(If I were you, ___ I would not postpone my dream of traveling around the world.)

2. Ik adviseer je om binnenkort die wens ___ vervullen, zodat je het begin van iets moois ervaart.

(I advise you to ___ fulfill that wish soon, so that you experience the beginning of something beautiful.)

3. In jouw plaats ___ ik ervoor zorgen dat ik genoeg tijd heb om over mijn toekomst te dromen.

(If I were in your place ___ I would make sure that I have enough time to dream about my future.)

4. Ik ___ graag een beroep kiezen dat ik leuk vind, omdat dat erg belangrijk is voor mijn toekomst.

(I ___ like to choose a profession that I like, because that is very important for my future.)

Exercise 5: Going on a world trip: dreams and plans

Instruction:

Vandaag (Zijn - Conditionele Tegenwoordige Tijd) ik aan het nadenken over mijn bucketlist. Als ik jou (Zijn - Conditionele Tegenwoordige Tijd) , zou ik een wereldreis maken. Het zou geweldig (Zijn - Conditionele Tegenwoordige Tijd) zijn om verschillende culturen te ontdekken. Ik (Dromen - Conditionele Tegenwoordige Tijd) altijd van zo'n avontuur. Mijn vriend (Willen - Conditionele Tegenwoordige Tijd) ook graag meedoen. Ik (Wensen - Conditionele Tegenwoordige Tijd) dat we binnenkort onze dromen kunnen waarmaken.


Today was I was thinking about my bucket list. If I were you, I would go on a world trip. It would be great to discover different cultures. I always dreamed of such an adventure. My friend also wanted to join. I wish that we can soon realize our dreams.

Verb Tables

Zijn - To Be

Conditionele Tegenwoordige Tijd

  • ik zou zijn
  • jij zou zijn
  • hij/zij/het zou zijn
  • wij zouden zijn
  • jullie zouden zijn
  • zij zouden zijn

Dromen - To Dream

Conditionele Tegenwoordige Tijd

  • ik zou dromen
  • jij zou dromen
  • hij/zij/het zou dromen
  • wij zouden dromen
  • jullie zouden dromen
  • zij zouden dromen

Wensen - To Wish

Conditionele Tegenwoordige Tijd

  • ik zou wensen
  • jij zou wensen
  • hij/zij/het zou wensen
  • wij zouden wensen
  • jullie zouden wensen
  • zij zouden wensen

Willen - To Want

Conditionele Tegenwoordige Tijd

  • ik zou willen
  • jij zou willen
  • hij/zij/het zou willen
  • wij zouden willen
  • jullie zouden willen
  • zij zouden willen

Exercise 6: Advies geven

Instruction: Fill in the correct word.

Grammar: Giving advice

Show translation Show answers

In jouw plaats, Ik adviseer je, Als ik jou was, zou, Ik raad je aan om

1.
..., zou ik vaker dromen najagen.
(If I were you, I would chase dreams more often.)
2.
... nog eens na te denken over dat onmogelijke idee.
(I recommend you to think again about that impossible idea.)
3.
... zou ik kiezen voor een creatief beroep.
(If I were you, I would choose a creative profession.)
4.
Ik ... een wens vervullen als ik de kans kreeg.
(I would grant a wish if I got the chance.)
5.
Je ... de wereldreis nu al kunnen voorbereiden.
(You could already start preparing the world trip.)
6.
... om nu te beginnen met plannen.
(I advise you to start planning now.)
7.
..., zou ik een wereldreis maken volgend jaar.
(If I were you, I would go on a world trip next year.)

Grammar

It's not the most exciting thing, we admit, but it’s absolutely essential (and we promise it'll pay off)!

A2.31.1 Grammatica

Advies geven

Giving advice


Verb conjugation tables for this lesson

Zijn to be

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT)

Dutch English
(ik) zou zijn I would be
(jij) zou zijn you would be
(hij/zij/het) zou zijn he would be/she would be/it would be
(wij) zouden zijn we would be
(jullie) zouden zijn you would be
(zij) zouden zijn they would be

Exercises and examples phrases

Dromen to dream

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT)

Dutch English
ik zou dromen I would dream
jij zou dromen you would dream
hij/zij/het zou dromen he/she/it would dream
wij zouden dromen we would dream
jullie zouden dromen You would dream
zij zouden dromen they would dream

Exercises and examples phrases

Wensen to wish

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT)

Dutch English
ik zou wensen I would wish
jij zou wensen You would wish
hij/zij/het zou wensen he/she/it would wish
wij zouden wensen we would wish
jullie zouden wensen You would wish
zij zouden wensen they would wish

Exercises and examples phrases

Don't see progress when learning on your own? Study this material with a certified teacher!

Do you want to practice Dutch today? That is possible! Just contact one of our teachers today.

Enroll now!

Understanding Advice and Future Plans in Dutch

This lesson focuses on how to give advice (advies geven) and discuss future plans, dreams, and wishes in Dutch at an A2 level. It covers useful conversational topics like talking about your bucket list, making travel plans, and sharing your future goals with others.

Key Topics Covered

  • Giving advice: Learn expressions like "Ik raad je aan" (I advise you) and the conditional mood to politely suggest actions.
  • Discussing wishes and plans: Express what you want to do in the future, such as traveling or taking courses.
  • Using the conditional tense: Understand verbs like "zou", "was", and modal verbs in conditional sentences.

Examples and Useful Phrases

Some practical sentences include:
"Wat staat er op jouw bucketlist?" (What's on your bucket list?)
"Als ik jou was, zou ik een reisplan maken." (If I were you, I would make a travel plan.)
"Ik adviseer je om rustig te beginnen." (I advise you to start slowly.)

Structure and Practice

The lesson features dialogues that simulate real conversations, giving learners phrases to discuss wishes and provide advice naturally. There are also verb conjugation exercises focusing on the conditional present tense, crucial for polite advice in Dutch.

Additionally, a short story exercise illustrates the use of conditional verbs in context, reinforcing phrase understanding and vocabulary.

Instruction vs. Dutch Language Notes

In Dutch, giving advice often uses the conditional tense with "zou" (would). For example, "Als ik jou was, zou ik..." translates as "If I were you, I would...", a common polite structure not always identical in English.
Some useful phrases:

  • Ik raad je aan — I advise you
  • Als ik jou was — If I were you
  • Zou ik — I would
These forms highlight the conditional mood, essential for expressing politeness and hypothetical suggestions in Dutch.

These lessons would not be possible without our amazing partners🙏