Avere una buona routine giornaliera è importante: il video da consigli per costruire una routine per essere sempre organizzati.
Een goede dagelijkse routine hebben is belangrijk: de video geeft tips om een routine op te bouwen zodat je altijd georganiseerd bent.

Oefening 1: Woordbingo

Instructie: 1. Luister minimaal twee keer naar de video en geef de woorden aan die je hoort. 2. Gebruik de woorden om een gesprek te vormen met je docent (schrijf je gesprek op). 3. Memoriseer de woorden met de woordentrainer.

Woord Vertaling
la routine giornaliera de dagelijkse routine
il risveglio het wakker worden
un orario een rooster
lavarsi i denti tandenpoetsen
la cura dei capelli haarverzorging
la rasatura het scheren
una colazione een ontbijt
lavarsi il viso het wassen van het gezicht
la cura della pelle huidverzorging

Oefening 2: Tekst

Instructie: 1. Lees de tekst in tweetallen. 2. Leer de zinnen uit het hoofd door de vertaling af te dekken.

Leggi il testo sulla routine di Marta.

Lees de tekst over Marta's routine.
Ogni mattina mi sveglio alle sette e mi alzo. (Elke ochtend word ik om zeven uur wakker en sta ik op.)
Poi faccio la doccia. (Daarna neem ik een douche.)
Dopo mi vesto e preparo la colazione. (Daarna kleed ik me aan en maak ik het ontbijt klaar.)
Di solito bevo un caffè e mangio pane con le uova. (Meestal drink ik een koffie en eet ik brood met eieren.)
Alle otto e un quarto esco per andare al lavoro. (Om kwart over acht ga ik de deur uit om naar het werk te gaan.)
Lavoro dalle nove alle diciotto, dal lunedì al venerdì. (Ik werk van negen tot achttien, van maandag tot vrijdag.)
All'una pranzo; di solito mangio pasta. (Om één uur lunch ik; meestal eet ik pasta.)
Torno a casa alle sei e mezza. (Ik kom om half zeven thuis.)
Alle otto ceno con la mia famiglia; mangio sempre un'insalata e del formaggio. (Om acht uur eet ik avondeten met mijn gezin; ik eet altijd een salade en kaas.)
Alle dieci e quarantacinque mi lavo i denti e il viso, poi vado a dormire. (Om tien uur vijfenveertig poets ik mijn tanden en was ik mijn gezicht, daarna ga ik slapen.)

Oefening 3: Vragen over de tekst

Instructie: Lees de bovenstaande tekst en kies het juiste antwoord.

1. A che ora si sveglia la persona descritta nel testo?

(Hoe laat wordt de persoon in de tekst wakker?)

2. Che cosa mangia di solito per colazione?

(Wat eet hij of zij meestal als ontbijt?)

3. Qual è l'orario di lavoro descritto nel testo?

(Wat zijn de werktijden die in de tekst worden beschreven?)

4. Con chi cena la persona descritta?

(Met wie dineert de persoon in de tekst?)

Oefening 4: Openingsvragen voor gesprekken

Instructie: Bespreek de volgende vragen met je leraar met behulp van de woordenschat uit deze les, en schrijf je antwoorden op.

  1. A che ora ti svegli di solito la mattina? Cosa fai subito dopo?
  2. Hoe laat word je meestal 's ochtends wakker? Wat doe je meteen daarna?
  3. Qual è il tuo pasto preferito della giornata e perché?
  4. Wat is je favoriete maaltijd van de dag en waarom?
  5. Come organizzi la tua routine quotidiana durante i giorni lavorativi?
  6. Hoe organiseer je je dagelijkse routine tijdens werkdagen?
  7. Con chi fai colazione, pranzo o cena? Cosa mangiate insieme?
  8. Met wie ontbijt, lunch of dineer je? Wat eten jullie samen?

Oefening 5: Oefening in context

Instructie: Claudio Cecchetto è un disc jockey, produttore discografico, conduttore radiofonico e televisivo, nonché l'inventore del celebre ballo Gioca Jouer, lanciato nel 1981! Trova: dormire, salutare, camminare, baciare, i saluti.

  1. https://www.youtube.com/watch?v=AhtjasJZrRU&list=RDAhtjasJZrRU&start_radio=1