Oefening 1: Tekst

Instructie: 1. Lees de tekst in tweetallen. 2. Leer de zinnen uit het hoofd door de vertaling af te dekken.

Un cuento corto sobre Ana, una mujer que quiere explorar nuevos pasatiempos para su tiempo libre.

Een kort verhaal over Ana, een vrouw die nieuwe hobby's wil ontdekken voor haar vrije tijd.
Ana siempre tiene mucho trabajo, pero en su tiempo libre le gusta probar nuevos pasatiempos. (Ana heeft altijd veel werk, maar in haar vrije tijd probeert ze graag nieuwe hobby's.)
Es aficionada a actividades como la jardinería y la fotografía. (Ze is dol op activiteiten zoals tuinieren en fotografie.)
Le gustaría hacer un curso de pintura, pero trabaja tanto que no le queda tiempo para ello. (Ze zou graag een cursus schilderen doen, maar ze werkt zo veel dat ze er geen tijd voor overhoudt.)
Si tuviera más tiempo por las tardes, coleccionaría plantas para el jardín. (Als ze 's middags meer tijd had, zou ze planten voor de tuin verzamelen.)
Para relajarse, le gusta hacer crucigramas. (Om te ontspannen maakt ze graag kruiswoordpuzzels.)
También le interesa el atletismo. (Ze is ook geïnteresseerd in atletiek.)
Dice que si entrena bien, podría correr una maratón. (Ze zegt dat als ze goed traint, ze een marathon zou kunnen lopen.)
El bricolaje es otro hobby que le gustaría probar, aunque su hermano le dice que no es tan sencillo como parece. (Klussen is een andere hobby die ze graag zou uitproberen, hoewel haar broer zegt dat het niet zo eenvoudig is als het lijkt.)
A veces piensa que sería una forma económica de mejorar su casa, pero tiene un poco de miedo de que no le salga bien. (Soms denkt ze dat het een economische manier zou zijn om haar huis te verbeteren, maar ze is een beetje bang dat het niet goed zal gaan.)
Si consiguiera tener más tiempo, podría dedicarse mejor a todos estos pasatiempos, piensa Ana. (Als ze meer tijd had, zou ze zich beter aan al deze hobby's kunnen wijden, denkt Ana.)

Oefening 2: Vragen over de tekst

Instructie: Lees de bovenstaande tekst en kies het juiste antwoord.

1. ¿Qué pasatiempos le gustaría explorar a Ana si tuviera más tiempo?

(Welke hobby's zou Ana willen verkennen als ze meer tijd had?)

2. ¿Por qué Ana siente miedo de probar el bricolaje?

(Waarom is Ana bang om te beginnen met doe-het-zelf klussen?)

3. ¿Cuál es la razón principal por la que Ana no hace un curso de pintura?

(Wat is de belangrijkste reden dat Ana geen schilderscursus volgt?)

4. ¿Qué objetivo tiene Ana en relación con el atletismo?

(Wat is Ana’s doel met betrekking tot atletiek?)

Oefening 3: Openingsvragen voor gesprekken

Instructie: Bespreek de volgende vragen met je leraar met behulp van de woordenschat uit deze les, en schrijf je antwoorden op.

  1. ¿Qué pasatiempos ha probado Ana y cuáles le gustaría intentar en el futuro?
  2. Welke hobby's heeft Ana geprobeerd en welke zou ze in de toekomst graag willen proberen?
  3. ¿Por qué crees que es importante para Ana disponer de tiempo libre para sus aficiones?
  4. Waarom denk je dat het belangrijk is voor Ana om vrije tijd te hebben voor haar hobby's?
  5. ¿Has tenido que dejar algún pasatiempo por falta de tiempo? ¿Cuál y por qué?
  6. Heb je een hobby moeten opgeven vanwege tijdgebrek? Welke en waarom?
  7. ¿Qué pasatiempos te gustaría practicar si tuvieras más tiempo y por qué?
  8. Welke hobby's zou je graag willen beoefenen als je meer tijd had en waarom?