Ontdek in deze les de onregelmatige vormen van de Duitse comparatief, zoals älter (oud), dümmer (dom), besser (goed) en mehr (veel), inclusief voorbeelden voor praktijkgerichte vergelijking.
  1. Sommige eentallige bijvoeglijke naamwoorden met a, o, u krijgen een umlaut in de vergrotende trap.
  2. Er zijn ook enkele volledig onregelmatige vormen.
Adjektive mit Umlautveränderung (Bijvoeglijke naamwoorden met umlautverandering)Komparativ (Vergrotende trap)Vergleich (vergelijking)
altälterEr ist älter als sie. (Hij is ouder dan zij.)
dummdümmerDer Fisch ist dümmer als der Hund. (De vis is dommer dan de hond.)
großgrößerIch bin größer als du. (Ik ben groter dan jij.)
gutbesserDeine Note ist besser als meine. (Je cijfer is beter dan het mijne.)
vielmehrEs gibt mehr Schafe als Menschen in Neuseeland. (Er zijn meer schapen dan mensen in Nieuw-Zeeland.)
gernlieberIch esse lieber Bananen als Äpfel. (Ik eet liever bananen dan appels.)
hochhöherDas Gebäude ist höher als das andere. (Het gebouw is hoger dan het andere.)

Oefening 1: De comparatief - onregelmatige bijvoeglijke naamwoorden

Instructie: Vul het juiste woord in.

Toon vertaling Toon antwoorden

höher, älter, härter, dümmer, wärmer, besser, lieber

1. Gern:
Ich bin ... draußen als drinnen.
(Ich bin lieber draußen als drinnen.)
2. Dumm:
Die eine Katze ist ... als die andere.
(Die eine Katze ist dümmer als die andere.)
3. Hoch:
Das Regal ist ... als der Tisch.
(Das Regal ist höher als der Tisch.)
4. Hoch:
Das Gebäude ist ... als das daneben.
(Das Gebäude ist höher als das daneben.)
5. Gut:
Sein Computer ist ... als meiner.
(Sein Computer ist besser als meiner.)
6. Alt:
Mein Handy ist ... als seins.
(Mein Handy ist älter als seins.)
7. Hart:
Dein Bett ist ... als meins.
(Dein Bett ist härter als meins.)
8. Warm:
Heute ist es ... als gestern.
(Heute ist es wärmer als gestern.)

Oefening 2: Dialoog voltooiing

Instructie: Voltooi de dialoog met de juiste oplossing

1. Mein Bruder ist ______ als ich, aber ich bin größer als er.

( Mijn broer is ______ dan ik, maar ik ben groter dan hij.)

2. Das Wetter heute ist ______ als gestern.

( Het weer is vandaag ______ dan gisteren.)

3. Meine Mutter kann viel ______ arbeiten als ich.

( Mijn moeder kan veel ______ werken dan ik.)

4. Ich esse ______ Obst als Süßigkeiten.

( Ik eet ______ fruit dan snoep.)

5. Der Turm ist ______ als das Haus.

( De toren is ______ dan het huis.)

6. Der Hund ist ______ als die Katze.

( De hond is ______ dan de kat.)

Der Komparativ - onregelmatige bijvoeglijke naamwoorden

In deze les leer je over het vormen van de vergelijkende trap (Komparativ) van onregelmatige Duitse bijvoeglijke naamwoorden. Deze bijvoeglijke naamwoorden wijken af van de reguliere regels en zijn daarom belangrijk om goed te kennen voor correcte communicatie in het Duits op A1-niveau.

Belangrijkste onregelmatigheden bij de Komparativvorming

  • Umlautverandering: Sommige eenlettergrepige bijvoeglijke naamwoorden met een klinker a, o of u krijgen in de Komparativ een umlaut. Bijvoorbeeld: alt wordt älter, dumm wordt dümmer en groß wordt größer.
  • Volledig onregelmatige vormen: Sommige bijvoeglijke naamwoorden veranderen volledig, bijvoorbeeld gut wordt besser, viel wordt mehr en gern wordt lieber.
  • Een regelmatige umlautvariant: hoch verandert naar höher in de Komparativ.

Voorbeeldzinnen

  • Er ist älter als sie. (Hij is ouder dan zij.)
  • Der Fisch ist dümmer als der Hund. (De vis is dommer dan de hond.)
  • Ich bin größer als du. (Ik ben groter dan jij.)
  • Deine Note ist besser als meine. (Jouw cijfer is beter dan dat van mij.)
  • Es gibt mehr Schafe als Menschen in Neuseeland. (Er zijn meer schapen dan mensen in Nieuw-Zeeland.)
  • Ich esse lieber Bananen als Äpfel. (Ik eet liever bananen dan appels.)
  • Das Gebäude ist höher als das andere. (Het gebouw is hoger dan het andere.)

Verschillen en overeenkomsten met het Nederlands

In het Duits wordt de Komparativ van onregelmatige bijvoeglijke naamwoorden vaak gevormd door verandering van de klinker (Umlaut) of een totaal andere vorm, wat in het Nederlands minder voorkomt. Het Nederlands gebruikt meestal meer of liever zonder klinkerverandering, bijvoorbeeld: oud - ouder, maar goed - beter vertoont wel een vergelijkbare onregelmatigheid.

Een paar nuttige woorden voor vergelijking en voorkeur in het Duits:

  • älter = ouder
  • besser = beter
  • mehr = meer
  • lieber = liever
  • höher = hoger

Bij het leren van de Duitse Komparativ is het handig om deze onregelmatige vormen goed te onthouden en regelmatig te oefenen.

Geschreven door

Deze inhoud is ontworpen en beoordeeld door het coLanguage pedagogisch team. Over coLanguage

Profile Picture

Sophie Schmidt

Internationaal administratief management

Würzburger Dolmetscherschule

University_Logo

Laatst bijgewerkt:

zaterdag, 15/11/2025 02:33