Huit conseils d’expert pour le passer haut la main !
Acht deskundige tips om het met vlag en wimpel te halen!

Oefening 1: Woordbingo

Instructie: Bekijk de video en herken de woordenschat.

Woord Vertaling
le projet d'établissement het project van de instelling
donner des informations informatie geven
ta tenue je outfit
le poste auquel tu postules de functie waarop je solliciteert
une posture professionnelle een professionele houding
une attitude positive een positieve instelling
les compétences clés de sleutelvaardigheden
tes réussites jouw successen
l'empathie empathie
la bienveillance welwillendheid
le travail en équipe teamwerk
quels sont les roulements wat zijn de beurten

Oefening 2: Tekst

Instructie: 1. Lees de tekst in tweetallen. 2. Leer de zinnen uit het hoofd door de vertaling af te dekken.

8 conseils pratiques pour réussir un entretien d’embauche. Il explique comment te préparer, comment te présenter, quoi dire sur tes compétences et ta situation

8 praktische tips om een sollicitatiegesprek te slagen. Het legt uit hoe je je kunt voorbereiden, hoe je jezelf kunt presenteren, wat je moet zeggen over je vaardigheden en je situatie.
Tu as bientôt un entretien pour le travail de tes rêves et tu te poses beaucoup de questions. (Je hebt binnenkort een sollicitatiegesprek voor je droombaan en je stelt jezelf veel vragen.)
Voici quelques conseils pour bien le réussir. (Hier zijn enkele tips om het goed te doen.)
Ne viens pas sans te préparer : renseigne-toi sur l'entreprise, ses valeurs et le poste. (Kom niet onaangekondigd zonder voorbereiding: informeer jezelf over het bedrijf, zijn waarden en de functie.)
Habille-toi correctement : ta tenue doit être adaptée, ni trop décontractée, ni trop formelle. (Kleed je netjes: je kleding moet passend zijn, niet te casual, niet te formeel.)
Adopte une attitude professionnelle, sois ponctuel et reste positif. (Neem een professionele houding aan, wees punctueel en blijf positief.)
Écoute attentivement la personne en face de toi, ses paroles t’aideront après. (Luister aandachtig naar de persoon tegenover je, zijn woorden zullen je later helpen.)
Évite de répéter tout ton CV ; présente plutôt trois compétences importantes. (Vermijd het herhalen van je hele CV; presenteer in plaats daarvan drie belangrijke vaardigheden.)
Par exemple : je m’appelle Marie et j’ai trois compétences pour ce poste. (Bijvoorbeeld: ik heet Marie en ik heb drie vaardigheden voor deze functie.)
Sois prêt à donner des exemples de réussites : par exemple, j’ai géré une situation urgente avec calme. (Wees bereid succesvoorbeelden te geven: bijvoorbeeld, ik heb een dringende situatie rustig aangepakt.)
Mets aussi en avant des qualités comme l’empathie, la gestion du stress et le travail en équipe. (Benadruk ook eigenschappen zoals empathie, stressmanagement en teamwork.)
Tu peux proposer des références pour prouver tes compétences. (Je kunt referenties aanbieden om je vaardigheden te bewijzen.)
Pose des questions sur l’équipe, les horaires et l’organisation, mais ne recommence pas à demander ce qui a déjà été dit. (Stel vragen over het team, de werktijden en de organisatie, maar vraag niet opnieuw wat al gezegd is.)

Oefening 3: Vragen over de tekst

Instructie: Lees de bovenstaande tekst en kies het juiste antwoord.

1. Que faut-il faire avant d’aller à un entretien, selon le texte ?

(Wat moet je doen voordat je naar een sollicitatiegesprek gaat, volgens de tekst?)

2. Comment doit-on être habillé pour l’entretien ?

(Hoe moet je gekleed zijn voor het sollicitatiegesprek?)

3. Que conseille-t-on de présenter durant l’entretien ?

(Wat wordt er aangeraden om tijdens het sollicitatiegesprek te presenteren?)

4. Quelles questions est-il recommandé de poser à la fin de l’entretien ?

(Welke vragen wordt aanbevolen om aan het einde van het sollicitatiegesprek te stellen?)

Oefening 4: Openingsvragen voor gesprekken

Instructie: Beantwoord de vragen en corrigeer ze met je leraar.

  1. Comment prépares-tu ta tenue pour un entretien d’embauche ?
  2. Hoe bereid je je kleding voor een sollicitatiegesprek voor?
  3. Peux-tu décrire une qualité personnelle que tu souhaites montrer lors d’un entretien ?
  4. Kun je een persoonlijke eigenschap beschrijven die je tijdens een sollicitatiegesprek wilt laten zien?
  5. Quelles informations cherches-tu sur l’entreprise avant l’entretien ?
  6. Welke informatie zoek je over het bedrijf vóór het sollicitatiegesprek?
  7. Quels détails personnels peux-tu donner pour indiquer ta disponibilité et ta capacité à t’adapter au poste ?
  8. Welke persoonlijke details kun je geven om je beschikbaarheid en je vermogen aan te tonen je aan de functie aan te passen?