A2.31: Bucketlist

Lista marzeń

Ontdek in deze les hoe je over je wensen en plannen voor vakanties en de toekomst spreekt, met handige woorden als 'chciałbym' (ik zou willen), 'marzyć' (dromen) en 'planować' (plannen). Leer eenvoudige gesprekken voeren over je bucketlist en weekendactiviteiten.

Oefeningen

Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.

Ćwiczenie 1: Gespreksoefening

Instrukcja:

  1. Wat wilde je worden toen je een kind was? (Wat wilde je worden toen je een kind was?)
  2. Welke plannen heb je voor de toekomst? Zou je binnenkort van baan willen veranderen? (Welke plannen heb je voor de toekomst? Wil je binnenkort van baan veranderen?)
  3. Hoe ga je ze bereiken? (Hoe ga je ze bereiken?)

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten

Voorbeeldzinnen:

Kiedy byłem mały, chciałem zostać strażakiem.

Toen ik klein was, wilde ik brandweerman worden.

Jako dziecko marzyłem o zostaniu lekarzem.

Als kind droomde ik ervan om dokter te worden.

W przyszłości chcę mieć więcej odpowiedzialności w mojej pracy.

Ik wil in de toekomst meer verantwoordelijkheid in mijn werk hebben.

Chcę być szefem mojej firmy za kilka lat.

Ik wil over een paar jaar de baas van mijn bedrijf zijn.

Chciałbym wkrótce zmienić zawód, ponieważ nie jestem zadowolony z mojej obecnej pracy.

Ik wil binnenkort van beroep veranderen omdat ik niet tevreden ben met mijn huidige baan.

Znowu pójdę na uniwersytet, aby zostać nauczycielem.

Ik ga weer naar de universiteit om leraar te worden.

...

Oefening 2: Gesprekskaarten

Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.

Oefening 3: Meerkeuze

Instructie: Kies de juiste oplossing

1. Gdybym mógł, ________ wszystkie zabytki w Polsce.

(Als ik kon, ________ ik alle bezienswaardigheden in Polen bezoeken.)

2. Chciałbym ________ tradycyjne polskie potrawy.

(Ik zou graag ________ traditionele Poolse gerechten leren koken.)

3. Gdybyś miał czas, ________ z nami na koncert w Warszawie?

(Als je tijd had, ________ je met ons naar een concert in Warschau gaan?)

4. Spotkalibyśmy się częściej, gdybym ________ bliżej domu.

(We zouden elkaar vaker ontmoeten als ik ________ dichter bij huis werkte.)

Oefening 4: Wensenlijst

Instructie:

W pracy często rozmawiamy o naszych planach na przyszłość. Ja (Chcieć - Tryb warunkowy) kiedyś odwiedzić Tatry zimą. Moja koleżanka Ola (Mówić - Tryb warunkowy) o swoich marzeniach, gdyby miała więcej czasu. Wczoraj zastanawialiśmy się, co byśmy (Zrobić - Tryb warunkowy) w wakacje, gdybyśmy mogli wyjechać gdziekolwiek. Ja (Planować - Czas teraźniejszy) też nauczyć się jeździć na nartach, bo to jest na mojej liście życzeń. Jeśli tylko (Być - Czas przyszły prosty) ładna pogoda, na pewno pojadę w góry z rodziną.


Op het werk praten we vaak over onze toekomstplannen. Ik zou graag (Willen - Voorwaardelijke wijs) ooit eens de Tatra's in de winter bezoeken. Mijn vriendin Ola zou spreken (Spreken - Voorwaardelijke wijs) over haar dromen als ze meer tijd had. Gisteren vroegen we ons af wat we zouden doen (Doen - Voorwaardelijke wijs) in de vakantie als we overal naartoe konden gaan. Ik ben ook van plan (Plannen - Tegenwoordige tijd) te leren skiën, want dat staat op mijn wensenlijst. Als het weer maar mooi zal zijn (Zijn - Toekomende tijd), ga ik zeker met mijn familie naar de bergen.

Werkwoordschema's

Chcieć - Willen

Tryb warunkowy

  • ja chciałbym
  • ty chciałbyś
  • on/ona/ono chciałby
  • my chcielibyśmy
  • wy chcielibyście
  • oni/one chcieliby

Mówić - Spreken

Tryb warunkowy

  • ja mówiłbym
  • ty mówiłbyś
  • on/ona/ono mówiłby
  • my mówilibyśmy
  • wy mówilibyście
  • oni/one mówiliby

Zrobić - Doen

Tryb warunkowy

  • ja zrobiłbym
  • ty zrobiłbyś
  • on/ona/ono zrobiłby
  • my zrobilibyśmy
  • wy zrobilibyście
  • oni/one zrobiliby

Planować - Plannen

Czas teraźniejszy

  • ja planuję
  • ty planujesz
  • on/ona/ono planuje
  • my planujemy
  • wy planujecie
  • oni/one planują

Być - Zijn

Czas przyszły prosty

  • ja będę
  • ty będziesz
  • on/ona/ono będzie
  • my będziemy
  • wy będziecie
  • oni/one będą

Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!

Wil je vandaag Pools oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.

Schrijf je nu in!

Lesoverzicht: Bucket List en Toekomstplannen in het Pools (Niveau A2)

Deze les richt zich op het voeren van gesprekken over wensen, vakantieplannen en toekomstdromen in het Pools. We behandelen eenvoudige dialogen over vakantie- en weekendplannen, gebruiken veelvoorkomende zinnen en oefenen met de voorwaardelijke wijs (tryb warunkowy) om beleefdheid uit te drukken en mogelijkheden te bespreken.

Hoofdthema's van de les

  • Gesprekken over vakantieplannen: Hoe je in het Pools kunt praten over wat je wilt doen tijdens vakanties, zoals "Marzę o zobaczeniu Paryża" (Ik droom ervan Parijs te bezoeken).
  • Weekendactiviteiten bespreken: Uitwisselen van plannen en wensen voor het weekend met zinnen als "Co planujesz na ten weekend?" (Wat plan je voor dit weekend?).
  • Toekomstige dromen en doelen: Simpele zinnen gebruiken om je wensen en plannen voor de toekomst te delen, bijvoorbeeld "Chciałbym mieszkać w dużym mieście" (Ik zou graag in een grote stad willen wonen).
  • Werk met de voorwaardelijke wijs: Veelvoorkomende constructies zoals "chciałbym", "mówiłbym" en "zrobiłbym" om wensen en hypothetische situaties uit te drukken.

Belangrijke uitdrukkingen en woorden

  • Chciałbym / Chciałabym – "Ik zou graag..." (beleefd en wenselijk)
  • Marzę o... – "Ik droom van..."
  • Planuję – "Ik plan..."
  • Gdybym mógł/mogła – "Als ik zou kunnen..." (voorwaardelijke wijs)
  • Uda nam się – "Het zal ons lukken..."

Belangrijke grammaticale aandachtspunten

De les benadrukt de toepassing van de voorwaardelijke wijs (tryb warunkowy), die in het Pools essentieel is om beleefdheid, wensen en hypothetische situaties uit te drukken. Dit verschilt van het Nederlands, waar de aanvoegende wijs minder gebruikt wordt en wensen vaak met behulp van modaliteiten of de verleden tijd worden uitgedrukt. Bijvoorbeeld:

  • Pools: „Chciałbym nauczyć się gotować.” (Ik zou graag leren koken.)
  • Nederlands: „Ik zou graag willen leren koken.” of „Ik wil leren koken.”

Daarnaast gebruikt het Pools vaak constructies met "gdyby" om hypothetische situaties uit te drukken, wat in het Nederlands soms met "als" en de verleden tijd gebeurt.

Interessante verschillen tussen Pools en Nederlands

In deze les is het ook nuttig op te merken dat sommige dagelijkse uitdrukkingen in het Pools directer of specifieker zijn dan in het Nederlands. Zo betekent "lista życzeń" letterlijk "wensenlijst" of "bucket list", een zelfde concept dat zowel in het Pools als Nederlands gebruikt wordt om persoonlijke doelen te beschrijven.

Voorbeelden van Pools-Nederlandse vergelijkingen:

  • Co chciałbyś robić podczas wakacji? – Wat zou je graag willen doen tijdens de vakantie?
  • Mam nadzieję, że... – Ik hoop dat...
  • Marzy mi się... – Ik droom ervan...

Deze zinnen zijn ideaal om persoonlijke doelen en plannen uit te drukken op een natuurlijke wijze.

Deze lessen zouden niet mogelijk zijn zonder onze geweldige partners🙏