Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten

Leer de basis van Franse adjectieven: hoe ze zich aanpassen in geslacht en getal, en waar ze geplaatst worden in zinnen. Praktische voorbeelden en verschillen met het Nederlands helpen je sneller en correcter Frans te spreken.
  1. Het bijvoeglijk naamwoord kan zowel rechts als links van het woord staan dat het begeleidt, of het kan door andere elementen van het zelfstandig naamwoord worden gescheiden.
SingulierPluriel
Adjectifs indéfinis Un grand hommeDes grands hommes
Une grande femmeDes grandes femmes
Adjectifs définis (Bepaalde bijvoeglijke naamwoorden)La fille est petite  (Het meisje is klein)Les filles sont petites  (De meisjes zijn klein)
Le chien est petit  (De hond is klein )Les chiens sont petits (De honden zijn klein)

Oefening 1: Adjectifs: Accord et place

Instructie: Vul het juiste woord in.

Toon vertaling Toon antwoorden

petits, grand, nouvelle, blond, rousses, vieilles, châtains, anciens

1. Nouvelle/Nouvelles:
Elle porte une ... veste.
(Ze draagt een nieuw jasje.)
2. Châtain/Châtains:
Il a les cheveux ....
(Hij heeft kastanjebruin haar.)
3. Ancien/Anciens:
Des ... livres sont intéressants.
(Oude boeken zijn interessant.)
4. Rousse/Rousses:
Elles sont ....
(Ze zijn roodharig.)
5. Grand/Grands:
C'est un ... homme.
(Hij is een grote man.)
6. Vielle/Vielles:
Nous avons des ... chaises.
(We hebben oude stoelen.)
7. Blond/Blonds:
Il est ....
(Hij is blond.)
8. Petit/Petits:
Ce sont de ... chiens.
(Het zijn kleine honden.)

Oefening 2: Meerkeuze

Instructie: Kies de juiste oplossing

1. Mon frère est ____ et blond.

(Mijn broer is ____ en blond.)

2. Elle a les cheveux ____ et raides.

(Zij heeft ____ en steil haar.)

3. Les ____ maisons ont beaucoup de charme.

(De ____ huizen hebben veel charme.)

4. Il porte une ____ moustache.

(Hij draagt een ____ snor.)

5. Les filles ____ sont dans la classe.

(De ____ meisjes zijn in de klas.)

6. Je ressemble à mon père, il est ____ et mince.

(Ik lijk op mijn vader, hij is ____ en slank.)

Inleiding tot Franse adjectieven: Plaatsing en Overeenkomst

In deze les leer je hoe adjectieven in het Frans zich aanpassen aan het zelfstandig naamwoord waarmee ze verbonden zijn. Dit betekent dat ze zowel in geslacht (mannelijk/vrouwelijk) als in aantal (enkelvoud/meervoud) moeten overeenkomen met het woord dat ze beschrijven. Bijvoorbeeld: "un grand homme" en "une grande femme" laten zien hoe het bijvoeglijk naamwoord verandert afhankelijk van het geslacht van het zelfstandig naamwoord.

Overeenkomst van adjectieven

Adjectieven passen zich aan en kunnen verschillende vormen aannemen. In het enkelvoud dragen ze vaak een andere uitgang dan in het meervoud. Bijvoorbeeld: petit wordt petits in het meervoud mannelijk, terwijl petite verandert naar petites in het vrouwelijk meervoud.

Plaatsing van adjectieven

In tegenstelling tot het Nederlands, waar het bijvoeglijk naamwoord bijna altijd voor het zelfstandig naamwoord staat, kunnen Franse adjectieven zowel vóór als na het zelfstandig naamwoord staan, afhankelijk van hun type en betekenis. Bijvoorbeeld: un grand homme (een grote man) versus une jeune femme (een jonge vrouw).

Praktische voorbeelden

  • Un grand homme / Des grands hommes
  • La fille est petite / Les filles sont petites
  • Une jolie moustache

Belangrijke verschillen met het Nederlands

In het Nederlands veranderen bijvoeglijke naamwoorden niet van vorm afhankelijk van het geslacht van het zelfstandig naamwoord, maar wel soms afhankelijk van het getal en het bepaaldheidssysteem. In het Frans moet je altijd letten op het geslacht én het aantal: een vrouwelijke vorm heeft bijvoorbeeld vaak een extra -e. De plaatsing is ook anders: waar Nederlands-adjectieven meestal voor het zelfstandig naamwoord staan, kan een Frans adjectief zowel ervoor als erna staan, wat je nauwkeuriger moet leren herkennen en toepassen.

Handige woorden en uitdrukkingen om te onthouden:

  • grand/grande/grands/grandes – groot (m/v, enk/mv)
  • petit/petite/petits/petites – klein
  • joli/jolie/jolis/jolies – mooi, knap
  • une fille – een meisje (la fille – het meisje)
  • un homme – een man (l'homme – de man)

Geschreven door

Deze inhoud is ontworpen en beoordeeld door het coLanguage pedagogisch team. Over coLanguage

Profile Picture

Donia Ben Salem

Toegepaste vreemde talen

Université de Lorraine

University_Logo

Laatst bijgewerkt:

donderdag, 29/05/2025 15:44