Oefening 1: Woordbingo
Instructie: 1. Luister minimaal twee keer naar de video en geef de woorden aan die je hoort. 2. Gebruik de woorden om een gesprek te vormen met je docent (schrijf je gesprek op). 3. Memoriseer de woorden met de woordentrainer.
Woord |
---|
rustig |
gestrest |
ontspanning |
voelen |
loslaten |
Oefening 2: Tekst
Instructie: 1. Lees de tekst in tweetallen. 2. Leer de zinnen uit het hoofd door de vertaling af te dekken.
Reflectie in een dagboek over de dagelijkse werksleur. Tijd om te veranderen?
Elke ochtend mediteer ik in stilte. |
Ik probeer rustig te worden, maar ik denk te veel. |
Na het mediteren ben ik nog steeds moe. |
Ik fiets naar mijn werk en als ik daar kom, ben ik bezweet. |
Op mijn werk zit ik veel en mijn rug doet elke dag meer pijn. |
Rond de middag heb ik honger en dorst, maar ik moet snel eten en dan verder gaan. |
Thuis ontspan ik me. |
Ik rust wat op de bank, maar ik voel me uitgeput. |
Ik wil niet elke dag pijn en stress hebben. Ik wil gelukkig zijn. |
Misschien moet ik nadenken over ander werk. |
Oefening 3: Vragen over de tekst
Instructie: Lees de bovenstaande tekst en kies het juiste antwoord.
1. Waarom voelt de persoon zich na het mediteren nog steeds niet goed?
2. Wat gebeurt er met de persoon als hij op zijn werk aankomt?
3. Wat zegt de persoon over zijn rug?
4. Wat overweegt de persoon te veranderen in zijn leven?
Oefening 4: Openingsvragen voor gesprekken
Instructie: Bespreek de volgende vragen met je leraar met behulp van de woordenschat uit deze les, en schrijf je antwoorden op.
- Hoe voel jij je meestal na je werk?
- Wat doe je om te ontspannen na een drukke dag?
- Heb je wel eens pijn of stress door je werk? Vertel eens.
- Wat zou je aan je werk willen veranderen als je dat kon?