A1.28: Karakter en persoonlijkheid

Carácter y personalidad

Leer in deze les hoe je in het Spaans personen beschrijft met relatieve superlatieven en belangrijke karaktereigenschappen. Ontdek positieve en negatieve adjectieven, oefen met werkwoordvervoegingen zoals conocer en parecer, en pas je kennis toe in realistische dialogen en situaties.

Luister- en leesmateriaal

Oefen woordenschat in context met echte materialen.

Woordenschat (17)

 Simpático: sympathiek (Spaans)

Simpático

Show

Sympathiek Show

 Antipático: onaardig (Spaans)

Antipático

Show

Onaardig Show

 Abierto: open (Spaans)

Abierto

Show

Open Show

 Cerrado: gesloten (Spaans)

Cerrado

Show

Gesloten Show

 Tímido: Verlegen (Spaans)

Tímido

Show

Verlegen Show

 Inteligente: intelligent (Spaans)

Inteligente

Show

Intelligent Show

 Torpe: onhandig (Spaans)

Torpe

Show

Onhandig Show

 Sincero: oprecht (Spaans)

Sincero

Show

Oprecht Show

 Mentiroso: leugenachtig (Spaans)

Mentiroso

Show

Leugenachtig Show

 Vago: lui (Spaans)

Vago

Show

Lui Show

 Generoso: gul (Spaans)

Generoso

Show

Gul Show

 Cariñoso: lief (Spaans)

Cariñoso

Show

Lief Show

 Parecer (verschijnen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Parecer

Show

Verschijnen Show

 Activo: actief (Spaans)

Activo

Show

Actief Show

 Conocer (ontmoeten) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Conocer

Show

Ontmoeten Show

 Divertido: grappig (Spaans)

Divertido

Show

Grappig Show

 Sociable: sociaal (Spaans)

Sociable

Show

Sociaal Show

Oefeningen

Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.

Oefening 1: Zinnen herschikken

Instructie: Maak correcte zinnen en vertaal.

Toon antwoorden
1.
la persona | que conozco. | más sincera | Ella es
Ella es la persona más sincera que conozco.
(Zij is de meest oprechte persoon die ik ken.)
2.
Carlos es | grupo. | el más | divertido del | Mi amigo
Mi amigo Carlos es el más divertido del grupo.
(Mijn vriend Carlos is de grappigste van de groep.)
3.
clase. | Ana es | la chica | de la | menos tímida
Ana es la chica menos tímida de la clase.
(Ana is het minst verlegen meisje van de klas.)
4.
muy generoso | con sus | amigos. | Juan es
Juan es muy generoso con sus amigos.
(Juan is erg gul voor zijn vrienden.)
5.
inteligente de | el más | tu familia? | ¿Quién es
¿Quién es el más inteligente de tu familia?
(Wie is de slimste van jouw familie?)
6.
y | sociable | María | parece | abierta. | muy
María parece muy sociable y abierta.
(Maria lijkt erg sociaal en open.)

Oefening 2: Een woord matchen

Instructie: Kom de vertalingen overeen

Ella es la persona más sincera que conozco en mi trabajo. (Zij is de meest oprechte persoon die ik op mijn werk ken.)
¿Conoces a alguien activo y muy simpático en la oficina? (Ken je iemand die actief is en erg aardig op kantoor?)
Mi amigo es el más tímido cuando estamos en grupos grandes. (Mijn vriend is het meest verlegen als we in grote groepen zijn.)
Los vecinos son cariñosos pero a veces un poco cerrados. (De buren zijn liefdevol maar soms een beetje gesloten.)

Oefening 3: Clusteren van woorden

Instructie: Classificeer de woorden op basis van of ze een positief of negatief karaktertrek van een persoon beschrijven.

Rasgos positivos de personalidad

Rasgos negativos de personalidad

Oefening 4: Vertaal en gebruik in een zin

Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.

1

Sociable


Sociaal

2

Tímido


Verlegen

3

Cerrado


Gesloten

4

Abierto


Open

5

Mentiroso


Leugenachtig

Ejercicio 5: Gespreksoefening

Instrucción:

  1. Beschrijf en vergelijk de mensen. (Beschrijf en vergelijk de mensen.)
  2. Beschrijf je eigen karakter. (Beschrijf je eigen karakter.)
  3. Beschrijf je familieleden en vrienden. (Beschrijf je gezinsleden en vrienden.)

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten

Voorbeeldzinnen:

Juliette y Lukas son una pareja afectuosa.

Juliette en Lukas zijn een liefdevol stel.

Raúl es la persona más cerrada. Es introvertido.

Raúl is de meest gesloten persoon. Hij is introvert.

Caitlin no es deportista; es la persona menos activa.

Caitlin is niet sportief; ze is de minst actieve persoon.

Es la persona más perezosa.

Hij is de luieste persoon.

Parezco perezoso, pero soy activo.

Ik lijk lui, maar ik ben actief.

Puedo ser tímido si no conozco a las personas.

Ik kan verlegen zijn als ik de mensen niet ken.

Él no es honesto.

Hij is niet eerlijk.

Ella es muy simpática pero no muy lista.

Zij is erg vriendelijk maar niet erg slim.

Son estudiantes inteligentes.

Zij zijn intelligente studenten.

Son bastante tontos, pero no se lo diremos.

Ze zijn nogal dom, maar we zullen het hen niet vertellen.

...

Oefening 6: Gesprekskaarten

Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.

Oefening 7: Meerkeuze

Instructie: Kies de juiste oplossing

1. Yo ___ una persona abierta y sociable en el trabajo.

(Ik ___ een open en sociaal persoon op het werk.)

2. Tú ___ menos tímido que antes, eso es bueno.

(Jij ___ minder verlegen dan vroeger, dat is goed.)

3. Ella es la más inteligente del equipo y todos la ___ respetan.

(Zij is de slimste van het team en iedereen ___ haar respecteert.)

4. Nosotros ___ bien a los colegas y sabemos cómo son.

(Wij ___ de collega's goed en weten hoe ze zijn.)

Oefening 8: De persoonlijkheid van mijn collega's ontdekken

Instructie:

En la oficina, yo (Conocer - Presente) a muchos compañeros. María siempre (Parecer - Presente) muy simpática y abierta. Juan, que está en mi equipo, es el más activo y generoso; siempre ayuda a todos. Mi jefe (Parecer - Presente) un poco cerrado, pero cuando hablamos, yo (Conocer - Presente) que es muy inteligente y sincero. Nosotros siempre (Parecer - Presente) un grupo sociable y divertido cuando salimos a comer juntos. A veces, mi amiga Ana (Parecer - Presente) tímida, pero en realidad es la menos tímida de todos.


Op kantoor ken ik veel collega's. Maria lijkt altijd erg vriendelijk en open. Juan, die in mijn team zit, is de meest actieve en genereuze; hij helpt altijd iedereen. Mijn baas lijkt een beetje gesloten, maar als we praten, ken ik dat hij erg intelligent en oprecht is. Wij lijken altijd een sociale en leuke groep als we samen uit eten gaan. Soms lijkt mijn vriendin Ana verlegen, maar eigenlijk is zij de minst verlegen van allemaal.

Werkwoordschema's

Conocer - Kennen

Presente

  • yo conozco
  • tú conoces
  • él/ella/Ud. conoce
  • nosotros/as conocemos
  • vosotros/as conocéis
  • ellos/ellas/Uds. conocen

Parecer - Lijken

Presente

  • yo parezco
  • tú pareces
  • él/ella/Ud. parece
  • nosotros/as parecemos
  • vosotros/as parecéis
  • ellos/ellas/Uds. parecen

Oefening 9: Los superlativos relativos: "El más, la más, los menos, ..."

Instructie: Vul het juiste woord in.

Grammatica: De betrekkelijke superlatieven: "El más, la más, los menos, ..."

Toon vertaling Toon antwoorden

menos vagas, más antipático, la más activa, los más torpes, el más generoso, el más tranquilo, las menos tímidas

1.
Pedro es ... de sus amigos. Siempre invita a todos.
(Pedro is de meest gulle van zijn vrienden. Hij nodigt altijd iedereen uit.)
2.
Ana y María son ... de sus amigos, son muy abiertas.
(Ana en María zijn de minst verlegen van hun vrienden, ze zijn erg open.)
3.
A Marta le gusta mucho el deporte, es ... del grupo.
(Marta houdt veel van sport, ze is de actiefste van de groep.)
4.
Él es el vecino ... del barrio, no habla con nadie.
(Hij is de meest onaardige buurman van de buurt, hij praat met niemand.)
5.
Este lugar parece ... de la ciudad.
(Deze plaats lijkt de rustigste van de stad.)
6.
Ellas son las estudiantes ... de la universidad porque siempre estudian.
(Zij zijn de minst luie studenten van de universiteit omdat ze altijd studeren.)
7.
Estos chicos son ... del pueblo.
(Deze jongens zijn de onhandigste van het dorp.)

Grammatica

We geven toe dat het niet het meest opwindende is, maar het is absoluut essentieel (en we beloven dat het zich zal terugbetalen)!

A1.28.2 Gramática

Los superlativos relativos: "El más, la más, los menos, ..."

De betrekkelijke superlatieven: "El más, la más, los menos, ..."


Werkwoordsvervoegingstabellen voor deze les

Parecer verschijnen

Presente

Spaans Nederlands
(yo) parezco ik lijk
(tú) pareces jij lijkt
(él/ella) parece hij/zij verschijnt
(nosotros/nosotras) parecemos wij lijken
(vosotros/vosotras) parecéis jullie verschijnen
(ellos/ellas) parecen zij lijken

Oefeningen en voorbeeldzinnen

Conocer ontmoeten

Presente

Spaans Nederlands
(yo) conozco ik ontmoet
(tú) conoces jij ontmoet
(él/ella) conoce hij/zij ontmoet
(nosotros/nosotras) conocemos wij ontmoeten
(vosotros/vosotras) conocéis jullie ontmoeten
(ellos/ellas) conocen zij ontmoeten

Oefeningen en voorbeeldzinnen

Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!

Wil je vandaag Spaans oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.

Schrijf je nu in!

Karakter en persoonlijkheid in het Spaans

In deze les leer je hoe je iemands karakter en persoonlijkheid beschrijft in het Spaans met behulp van relatieve superlatieven, zoals "el más", "la más" en "los menos". Deze uitdrukkingen helpen je onderscheid te maken tussen verschillende eigenschappen en personen in een groep.

Belangrijke kenmerken en woordenschat

Je ontdekt zowel positieve als negatieve karaktereigenschappen. Enkele voorbeelden van positieve eigenschappen zijn abierto (open), activo (actief), cariñoso (liefdevol), generoso (gul) en inteligente (intelligent). Aan de andere kant leer je ook negatieve eigenschappen zoals antipático (onaardig) en mentiroso (leugenachtig).

Belangrijke zinnen en voorbeelden

  • Ella es la persona más sincera que conozco.
  • Mi amigo Carlos es el más divertido del grupo.
  • Ana es la chica menos tímida de la clase.
  • ¿Quién es el más inteligente de tu familia?

Structuur en praktijk

De les bevat dialogen voor realistische situaties, zoals het beschrijven van een nieuwe collega of praten over vrienden, waarbij je de relatieve superlatieven actief oefent. Daarnaast krijg je oefeningen met regelmatig gebruikte werkwoorden als conocer (kennen) en parecer (lijken), die vaak voorkomen bij het beschrijven van persoonlijkheid.

Gebruik in het dagelijks leven

Je kunt deze uitdrukkingen toepassen bij het voorstellen van mensen, in sollicitatiegesprekken of wanneer je meningen over anderen deelt. Door oefeningen met werkwoordvervoegingen en contextzinnen leer je niet alleen vocabulaire, maar ook hoe je deze grammatica correct inzet in gesprekken.

Verschillen met het Nederlands

In het Spaans worden superlatieven vaak gevormd met "el/la/los/las más" of "menos" gevolgd door een bijvoeglijk naamwoord, bijvoorbeeld el más inteligente. In het Nederlands gebruiken we vergelijkbare vormen, zoals "de slimste" of "de minst verlegene". Wel is het Spaans als Romaanse taal rijk aan vervoegingen, waardoor werkwoorden als parecer en conocer specifieke vormen hebben voor elke persoon. Leer ook nuttige Spaanse uitdrukkingen zoals ¿Conoces a alguien? (Ken je iemand?) en Me parece que... (Het lijkt me dat...), die vaak gebruikt worden om karaktereigenschappen te bespreken.

Deze lessen zouden niet mogelijk zijn zonder onze geweldige partners🙏