A1.44: Vrijdagavond uit

Piątkowy wieczór na mieście

Plan je piątkowy wieczór w mieście, ucząc się słów takich jak kino, koncert, spotykać się oraz zapraszać. Opanuj podstawowe zwroty do umawiania się i rozmów o planach.

Oefeningen

Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.

Oefening 1: Zinnen herschikken

Instructie: Maak correcte zinnen en vertaal.

Toon antwoorden
1.
w | piątek | Co | wieczorem? | robisz
Co robisz w piątek wieczorem?
(Wat doe je vrijdagavond?)
2.
pójść | kina? | Chcesz | do | mną | ze
Chcesz pójść ze mną do kina?
(Wil je met mij naar de bioscoop gaan?)
3.
kawiarnią? | ósmej przed | się o | Może spotkamy
Może spotkamy się o ósmej przed kawiarnią?
(Misschien ontmoeten we elkaar om acht uur voor het café?)
4.
na koncert | Zapraszam cię | w piątek. | w parku
Zapraszam cię na koncert w parku w piątek.
(Ik nodig je uit voor een concert in het park op vrijdag.)
5.
wieczory na | przyjaciółmi. | Lubię spędzać | mieście z
Lubię spędzać wieczory na mieście z przyjaciółmi.
(Ik vind het leuk om avonden in de stad door te brengen met vrienden.)
6.
ochotę na | kolację po | filmie? | Czy masz
Czy masz ochotę na kolację po filmie?
(Heb je zin in een diner na de film?)

Oefening 2: Een woord matchen

Instructie: Kom de vertalingen overeen

Chcesz pójść w piątek ze mną do kina? (Wil je vrijdag met mij naar de bioscoop gaan?)
Spotykamy się o ósmej przy moim ulubionym barze. (We ontmoeten elkaar om acht uur bij mijn favoriete bar.)
Mam bilety na koncert w centrum miasta. (Ik heb kaartjes voor het concert in het stadscentrum.)
Po spotkaniu pójdziemy na krótki spacer nad Wisłą. (Na de ontmoeting gaan we een korte wandeling maken langs de Wisła.)

Oefening 3: Clusteren van woorden

Instructie: Wijs de gegeven woorden toe aan de juiste categorieën die verband houden met het plannen van een vrijdagavond.

Miejsca na wieczór w mieście

Czynności podczas spotkania

Ćwiczenie 4: Gespreksoefening

Instrukcja:

  1. Beschrijf je avondactiviteit. (Beschrijf je avondactiviteit.)
  2. Vraag elkaar welke culturele activiteit ze prefereren. (Vraag elkaar welke culturele activiteit ze verkiezen.)
  3. Nodig iemand uit voor je evenement. (Nodig iemand uit voor je evenement.)

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten

Voorbeeldzinnen:

Idę na koncert w następny piątek.

Ik ga volgende vrijdag naar een concert.

Uwielbiam chodzić do kina.

Ik ga graag naar de bioscoop.

Czy chcesz pójść ze mną na koncert?

Wil je met me mee naar het concert?

Chcę pójść potańczyć dziś wieczorem.

Ik wil vanavond gaan dansen.

Masz ochotę na karaoke dziś wieczorem?

Heb je zin in karaoke vanavond?

Chcesz pójść ze mną na przedstawienie w mieście?

Wil je met me naar de show in de stad?

...

Oefening 5: Gesprekskaarten

Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.

Oefening 6: Meerkeuze

Instructie: Kies de juiste oplossing

1. W piątek wieczorem __________ się z przyjaciółmi w centrum miasta.

(Vrijdagavond __________ ik af met vrienden in het stadscentrum.)

2. Czy chcesz __________ ze mną do kina na nowy film?

(Wil je __________ met me meegaan naar de bioscoop voor een nieuwe film?)

3. Musimy __________ o drogę, bo nie znamy tego miejsca.

(We moeten __________ de weg vragen, want we kennen deze plek niet.)

4. O której godzinie __________ się koncert na rynku?

(Hoe laat __________ het concert op het plein?)

Oefening 7: Vrijdagavond in de stad

Instructie:

W piątek po pracy ja (Spotykać - Teraźniejszy) się z przyjaciółmi o 19:00. Tomek (Pytać - Teraźniejszy) , czy my (Chodzić - Teraźniejszy) do nowej kawiarni blisko rynku. Ja mu (Odpowiadać - Teraźniejszy) , że bardzo chcę tam iść. Kasia i Marek też (Planować - Teraźniejszy) przyjść. Razem (Iść - Teraźniejszy) na spacer po centrum, a potem zamawiamy kawę i herbatę. Ja zawsze (Woleć - Teraźniejszy) herbatę, a Tomek (Lubić - Teraźniejszy) kawę. To nasz sposób na miły piątkowy wieczór w mieście.


Op vrijdag na het werk spreek ik om 19:00 uur af met vrienden. Tomek vraagt of wij naar het nieuwe café dichtbij het marktplein gaan. Ik antwoord hem dat ik heel graag daarheen wil gaan. Kasia en Marek zijn ook van plan te komen. Samen maken we een wandeling door het centrum en daarna bestellen we koffie en thee. Ik heb altijd liever thee, en Tomek houdt van koffie. Dit is onze manier om een gezellige vrijdagavond in de stad door te brengen.

Werkwoordschema's

Spotykać - Spreken

Teraźniejszy

  • Ja spotykam
  • Ty spotykasz
  • On/ona/ono spotyka
  • My spotykamy
  • Wy spotykacie
  • Oni/one spotykają

Pytać - Vragen

Teraźniejszy

  • Ja pytam
  • Ty pytasz
  • On/ona/ono pyta
  • My pytamy
  • Wy pytacie
  • Oni/one pytają

Chodzić - Gaan

Teraźniejszy

  • Ja chodzę
  • Ty chodzisz
  • On/ona/ono chodzi
  • My chodzimy
  • Wy chodzicie
  • Oni/one chodzą

Odpowiadać - Antwoorden

Teraźniejszy

  • Ja odpowiadam
  • Ty odpowiadasz
  • On/ona/ono odpowiada
  • My odpowiadamy
  • Wy odpowiadacie
  • Oni/one odpowiadają

Planować - Plannen

Teraźniejszy

  • Ja planuję
  • Ty planujesz
  • On/ona/ono planuje
  • My planujemy
  • Wy planujecie
  • Oni/one planują

Iść - Maken

Teraźniejszy

  • Ja idę
  • Ty idziesz
  • On/ona/ono idzie
  • My idziemy
  • Wy idziecie
  • Oni/one idą

Woleć - Liever hebben

Teraźniejszy

  • Ja wolę
  • Ty wolisz
  • On/ona/ono woli
  • My wolimy
  • Wy wolicie
  • Oni/one wolą

Lubić - Houden van

Teraźniejszy

  • Ja lubię
  • Ty lubisz
  • On/ona/ono lubi
  • My lubimy
  • Wy lubicie
  • Oni/one lubią

Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!

Wil je vandaag Pools oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.

Schrijf je nu in!

Overzicht van de les: Vrijdagavond uit

Deze les is perfect voor beginnende leerlingen (niveau A1) die willen leren hoe ze in het Pools een gezellige vrijdagavond kunnen plannen en bespreken. Je leert daarvoor praktische zinnen en woordenschat die je helpen om afspraken te maken, uitnodigingen te doen en locaties in de stad te benoemen.

Belangrijke thema's van de les

  • Woordenschat rond uitgaan: woorden zoals kino (bioscoop), restauracja (restaurant), klub (club), teatr (theater), en park (park).
  • Activiteiten tijdens een avondje uit: zoals rozmawiać (praten), tańczyć (dansen), jeść (eten), en zapraszać ( uitnodigen).
  • Veelgebruikte zinnen voor het plannen van een avond: bijvoorbeeld Co robisz w piątek wieczorem? (Wat doe je vrijdagavond?) en Chcesz pójść ze mną do kina? (Wil je met mij naar de bioscoop gaan?).
  • Dialogen oefenen: uitnodigen, plannen maken en afspreken van tijd en plaats, bijvoorbeeld over een concert of een koffieafspraak.
  • Werkwoordvervoegingen in de tegenwoordige tijd: van veelgebruikte werkwoorden zoals spotykać (ontmoeten), pytac (vragen), chodzić (gaan), odpowiadać (antwoorden), planować (plannen), iść (gaan), wolę (verkiezen), en lubić (houden van).
  • Praktische tips over verschillen met het Nederlands

    Hoewel de les in het Nederlands wordt gegeven, gaat het leren van Pools enkele specifieke aandachtspunten mee. Zo kent het Pools een andere werkwoordvervoeging en een aparte manier van het uitdrukken van tijdstippen en locaties.

    Enkele handige Poolse uitdrukkingen met hun Nederlandse equivalenten:

    • Co robisz w piątek wieczorem? – "Wat doe je vrijdagavond?"
    • Chcesz pójść ze mną do kina? – "Wil je met mij naar de bioscoop gaan?"
    • Spotykamy się o ósmej przy moim ulubionym barze. – "We spreken om acht uur af bij mijn favoriete bar."
    • Zapraszam cię na koncert w parku w piątek. – "Ik nodig je uit voor een concert in het park op vrijdag."

    Let op: het Pools maakt veelvuldig gebruik van aspectverschillen in werkwoorden en heeft zelfstandige naamwoorden met geslachten die van invloed zijn op de vervoeging en constructies, iets wat in het Nederlands anders is.

Deze lessen zouden niet mogelijk zijn zonder onze geweldige partners🙏