B1.5: Onderhandelingen

Onderhandelingen

In deze les over onderhandelingen leer je essentiële termen zoals 'voorstel', 'overeenstemming' en 'compromis' gebruiken om effectief te communiceren in zakelijke situaties.

Oefeningen

Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.

Binnenkort beschikbaar...

Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!

Wil je vandaag Nederlands oefenen? Dat kan! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.

Schrijf je nu in!

Onderhandelingen: Effectief Communiceren op Niveau B1

Deze les richt zich op het verbeteren van jouw vaardigheden tijdens onderhandelingen in het Nederlands. Op niveau B1 leer je belangrijke woorden en uitdrukkingen die je nodig hebt om overtuigend en duidelijk te communiceren in zakelijke of persoonlijke onderhandelingssituaties.

Wat leer je in deze les?

  • Belangrijke termen en uitdrukkingen: zoals voorstel, compromis, voorwaarden, eens worden, en tegenvoorstel.
  • Zinnen om standpunten te uiten: bijvoorbeeld "Ik stel voor dat...", "Zou u akkoord gaan met...", en "Laten we een compromis bereiken."
  • Manieren om meningsverschillen te uiten zonder conflicten: met zinnen als "Ik begrijp uw punt, maar..." en "Misschien kunnen we dit anders bekijken."
  • Technieken om afspraken duidelijk vast te leggen: zoals het herhalen van overeenkomsten en vragen om bevestiging.

Belangrijke woorden en voorbeelden

  • Onderhandeling – het proces waarbij men een overeenkomst probeert te bereiken
  • Compromis – een oplossing waarbij beide partijen iets toegeven
  • Voorwaarden – de regels of afspraken waaraan voldaan moet worden
  • Instemmen – akkoord gaan met een voorstel

Verschillen tussen instructietaal en het leerdoel

Aangezien de instructietaal en de leerdoeltaal beide Nederlands zijn, ligt de nadruk op het verdiepen van het begrip en het correct gebruiken van onderhandelingsvocabulaire binnen de Nederlandse taal. Het is belangrijk om nuances te begrijpen, zoals het verschil tussen informeel en formeel taalgebruik tijdens onderhandelingen.

Voorbeelden van nuttige uitdrukkingen:

  • "Zou u het voorstel kunnen toelichten?" (formeel)
  • "Ik ben het ermee eens." (formeel)
  • "Kunnen we daarover praten?" (neutraal)
  • "Ik vind dat we een middenweg moeten zoeken." (natuurlijk gebruik)

Deze les biedt een goede basis om zelfverzekerd en effectief te communiceren in onderhandelingssituaties, met natuurlijke en praktische taal ontworpen voor volwassen leerlingen.

Deze lessen zouden niet mogelijk zijn zonder onze geweldige partners🙏