In deze les leer je belangrijke Duitse woorden en uitdrukkingen voor onderhandelingen, zoals das Angebot (het aanbod), der Vertrag (het contract) en verhandeln (onderhandelen), passend bij niveau B1.
Oefeningen Delen Gekopieerd!
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Binnenkort beschikbaar...
Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!
Wil je vandaag Duits oefenen? Dat kan! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.
Inleiding tot onderhandelingen in het Duits (B1-niveau)
Deze les behandelt de basisprincipes van het voeren van onderhandelingen in het Duits, gericht op taalgebruik dat geschikt is voor het B1-niveau. Je leert hoe je effectief kunt communiceren tijdens zakelijke of persoonlijke onderhandelingen, waarbij gebruik wordt gemaakt van praktische zinnen, belangrijke uitdrukkingen, en vocabulaire die onmisbaar zijn om je standpunt duidelijk te maken en overeenkomsten te bereiken.
Belangrijke thema's in deze les
- Vocabulaire en uitdrukkingen voor onderhandelen: Je leert termen zoals verhandeln (onderhandelen), ein Angebot machen (een voorstel doen), zustimmen (akkoord gaan), en den Preis senken (de prijs verlagen).
- Zinnen voor het uitdrukken van meningen en bezwaren: Bijvoorbeeld Ich denke, dass... (Ik denk dat...) en Ich bin anderer Meinung (Ik ben het oneens).
- Structureren van gesprekken: Hoe je een onderhandeling opbouwt, zoals het noemen van voorwaarden, het vragen om verduidelijking en het voorstellen van alternatieven.
Praktische voorbeeldzinnen
- Könnten wir den Preis noch einmal besprechen? (Kunnen we de prijs nog eens bespreken?)
- Ich bin bereit, einen Kompromiss zu finden. (Ik ben bereid een compromis te vinden.)
- Das Angebot klingt interessant, aber ich hätte gern mehr Details. (Het aanbod klinkt interessant, maar ik zou graag meer details willen.)
Verschillen en overeenkomsten tussen Duits en Nederlands bij onderhandelen
De structuur en het vocabulaire voor onderhandelen in het Duits kunnen lijken op het Nederlands, maar er zijn subtiele verschillen in de beleefdheidsvormen en vormelijkheid. Zo is het Duits vaak iets formeler bij zakelijke onderhandelingen, wat tot uiting komt in het gebruik van de beleefde vorm Sie en keurig geformuleerde zinnen zoals Könnten Sie bitte.... Waar het Nederlands soms directer kan zijn, wordt in het Duits meer waarde gehecht aan een diplomatieke toon.
Enkele nuttige uitdrukkingen en hun Nederlandse equivalenten:
- Ich würde vorschlagen, dass... – Ik zou willen voorstellen dat...
- Wir sollten einen Kompromiss finden. – We zouden een compromis moeten vinden.
- Das ist leider nicht möglich. – Dat is helaas niet mogelijk.
Met deze kennis kun je zowel het directe als het meer diplomatieke karakter van Duitse onderhandelingen leren kennen en toepassen.