Pools A1 module 3: Z dnia na dzień (Dag tot dag)

Dit is leermodule 3 van 6 van ons Pools A1-leerplan. Elke leermodule bevat 6 tot 8 hoofdstukken.

Leerdoelen:

  • Praat over je dagelijkse activiteiten.
  • Basisvragen stellen.
  • Winkelen en kopen.

Lessen (8)

A1.15 - Codzienne jedzenie (Dagelijks eten)

  • Noem het voedsel dat we dagelijks consumeren.
  • Vertel wat je eet en drinkt.
  • Voegwoorden: en, of, maar, omdat

A1.16 - Codzienne rutyny (Dagelijkse routines)

  • Praat over je dagelijkse routine.
  • Praat over gewoontes.
  • Wederkerende werkwoorden: myję się, ubieram się...

A1.17 - Gotowanie i pieczenie (Koken en bakken)

  • Basisingrediënten voor koken
  • Verplichtingen uitdrukken
  • Het uitdrukken van noodzaak met "trzeba"

A1.18 - Pytanie o rzeczy (Dingen vragen)

  • Stel en beantwoord vragen.
  • Leer de vraagwoorden.
  • Vraagwoorden skąd? dokąd? jak? dlaczego?...
  • Vragen stellen - partikel „czy”

A1.19 - Ceny i pieniądze (Prijzen en geld)

  • Praat over geld, valuta's en betaalmethoden.
  • Vraag naar en zeg de prijs in een winkel.
  • Bijwoorden van hoeveelheid: mało, dużo, trochę...
  • Manieren om prijzen weer te geven: 10 złoty, 99 groszy

A1.20 - Zakupy spożywcze (Boodschappen doen)

  • Maak een boodschappenlijst voor dagelijkse voeding en drankjes.
  • Vraag een winkelmedewerker naar een product in de supermarkt.
  • vervoeging van werkwoorden die eindigen op -ować

A1.21 - W sklepie odzieżowym (In de kledingwinkel)

  • Beschrijf alledaagse kleding.
  • Vraag naar beschikbaarheid in een kledingwinkel.
  • Vraag om uw maat.
  • Modale werkwoorden: mogę, muszę, chcę, umiem...

A1.22 - Części ciała (Lichaamsdelen)

  • Leer de basis lichaamsdelen kennen.
  • Basiszinnen om uw gezondheid te beschrijven.
  • Bijwoorden van wijze: goed, slecht, snel, stil...