Duits A1 module 5: Zu Hause (Thuis)

Dit is leer module 5 van 6 van onze Duitse A1-cursus. Elke leermodule bevat 6 tot 8 hoofdstukken.

Leerdoelen:

  • Beschrijf je huis en de directe omgeving.
  • Basis huisdieren en planten in en rondom het huis.

Grammatica

A1.31.1: "Es gibt" mit Akkusativ ("Es gibt" met accusatief)

Type: Zinnen / woordcombinaties
Hoofdstuk: Unser Haus (Ons huis)
Niveau: A1

A1.32.1: "Es gibt" vs "sein" ("Es gibt" versus "zijn")

Type: Werkwoorden
Hoofdstuk: Möbel (Meubilair)
Niveau: A1

A1.33.1: Ortspräpositionen mit Akkusativ und Dativ (Plaatsvoorzetsels met accusatief en datief)

Type: Voorzetsels
Hoofdstuk: Geschirr (Servies)
Niveau: A1

A1.34.1: Verschmelzung von Präposition und Artikel im Dativ (Samensmelting van voorzetsel en lidwoord in de datief)

Type: Voorzetsels
Hoofdstuk: Haushaltsgeräte (Huishoudelijke apparaten)
Niveau: A1

A1.35.1: Konnektoren: weil, dann, auch, auch nicht (Koppelwoorden: omdat, dan, ook, ook niet)

Type: Voegwoord
Hoofdstuk: Wohnen und Unterbringung (Huisvesting en accommodatie)
Niveau: A1

A1.36.1: DIe Verlaufsform im Präsens (De onvoltooid tegenwoordige tijd)

Type: Zinnen / woordcombinaties
Hoofdstuk: Zimmerpflanzen und Gartenpflanzen (Kamerplanten en tuinplanten)
Niveau: A1

A1.37.1: Konditionalsätze Typ 0: Wenn … dann … (Voorwaardelijke zinnen type 0: Als ... dan ...)

Type: Zinnen / woordcombinaties
Hoofdstuk: Ihre Haustiere (Jouw huisdieren)
Niveau: A1