Leer hoe je in het Duits eenvoudige voorwaardelijke zinnen type 0 maakt rond het thema huisdieren. Oefen met dagelijkse voorbeelden over huisdieren en hun gedrag, zoals honden en katten, met nuttige woordenschat en praktische dialoogzinnen. Begrijp de grammaticale structuren om duidelijk en natuurlijk te communiceren over gewoontes en algemene waarheden.
Woordenschat (19) Delen Gekopieerd!
Oefeningen Delen Gekopieerd!
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Oefening 1: Zinnen herschikken
Instructie: Maak correcte zinnen en vertaal.
Oefening 2: Een woord matchen
Instructie: Kom de vertalingen overeen
Oefening 3: Clusteren van woorden
Instructie: Orden de woorden aan de twee categorieën toe om huisdieren en hun voeding beter te leren.
Haustiere
Tiernahrung
Oefening 4: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.
1
Das Futter
Het voer
2
Spielen
Spelen
3
Der Vogel
De vogel
4
Der Hund
De hond
5
Der Hase
De haas
Übung 5: Gespreksoefening
Anleitung:
- Noem elk huisdier op de foto. (Noem elk huisdier op de foto.)
- Vraag de anderen of ze een huisdier hebben. (Vraag de anderen of ze een huisdier hebben.)
- Beschrijf de dagelijkse verzorging van je huisdier. (Beschrijf de dagelijkse verzorging van uw huisdier.)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten
Voorbeeldzinnen:
Ich sehe einen Hund und eine Katze. Ik zie een hond en een kat. |
Der Hund rennt. De hond rent. |
Dieser Hund sitzt. Deze hond zit. |
Welche Haustiere hast du? Welke huisdieren heb je? |
Wie oft füttern Sie Ihre Katze? Hoe vaak voer je je kat? |
Jeden Morgen gehe ich mit meinem Hund spazieren. Elke ochtend ga ik wandelen met mijn hond. |
Ich reinige jeden Tag das Fell meines Kaninchens. Ik borstel elke dag het haar van mijn konijn. |
... |
Oefening 6: Gesprekskaarten
Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.
Oefening 7: Meerkeuze
Instructie: Kies de juiste oplossing
1. Wenn der Hund Hunger hat, ___ er das Futter.
(Als de hond honger heeft, ___ hij het voer.)2. Wenn ich die Leine nehme, ___ der Hund zur Tür.
(Als ik de lijn neem, ___ de hond naar de deur.)3. Ich ___ mich jeden Tag um meinen Vogel.
(Ik ___ elke dag voor mijn vogel.)4. Wir ___ oft mit der Katze im Garten.
(We ___ vaak met de kat in de tuin.)Oefening 8: Uw huisdieren
Instructie:
Werkwoordschema's
Sich kümmern - Zorgen voor
Präsens
- ich kümmere mich
- du kümmerst dich
- er/sie/es kümmert sich
- wir kümmern uns
- ihr kümmert euch
- sie/Sie kümmern sich
Spielen - Spelen
Präsens
- ich spiele
- du spielst
- er/sie/es spielt
- wir spielen
- ihr spielt
- sie/Sie spielen
Schlafen - Slapen
Präsens
- ich schlafe
- du schläfst
- er/sie/es schläft
- wir schlafen
- ihr schlaft
- sie/Sie schlafen
Laufen - Lopen
Präsens
- ich laufe
- du läufst
- er/sie/es läuft
- wir laufen
- ihr lauft
- sie/Sie laufen
Mitnehmen - Meenemen
Präsens
- ich nehme mit
- du nimmst mit
- er/sie/es nimmt mit
- wir nehmen mit
- ihr nehmt mit
- sie/Sie nehmen mit
Oefening 9: Konditionalsätze Typ 0: Wenn … dann …
Instructie: Vul het juiste woord in.
Grammatica: Voorwaardelijke zinnen type 0: Als ... dan ...
Toon vertaling Toon antwoordengebe, wohl, Gassi gehe, sich, kommt, Angst hat, trinkt, bekommt, freut, sieht, schläft, fühlt, mich, ist, riecht, läuft, versteckt, kümmere
Grammatica Delen Gekopieerd!
We geven toe dat het niet het meest opwindende is, maar het is absoluut essentieel (en we beloven dat het zich zal terugbetalen)!
A1.37.1 Grammatik
Konditionalsätze Typ 0: Wenn … dann …
Voorwaardelijke zinnen type 0: Als ... dan ...
Werkwoordsvervoegingstabellen voor deze les Delen Gekopieerd!
Sich kümmern zorgen Delen Gekopieerd!
prasens
Duits | Nederlands |
---|---|
(ich) kümmere mich | ik zorg |
(du) kümmerst dich | jij zorgt |
(er/sie/es) kümmert sich | hij/zij/het zorgt |
(wir) kümmern uns | wij zorgen |
(ihr) kümmert euch | jullie zorgen |
(sie) kümmern sich | zij zorgen |
Spielen spelen Delen Gekopieerd!
prasens
Duits | Nederlands |
---|---|
(ich) spiele | ik speel |
(du) spielst | jij speelt |
(er/sie/es) spielt | hij/zij/het speelt |
(wir) spielen | wij spelen |
(ihr) spielt | jullie spelen |
(sie) spielen | zij spelen |
Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!
Wil je vandaag Duits oefenen? Dat kan! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.
Je huisdieren en de nulvoorwaarde in het Duits
Deze les introduceert je in het gebruik van voorwaardelijke zinnen type 0 (Konditionalsätze Typ 0) in het Duits. Dit zijn zinnen die een algemene waarheid of gewoonte aangeven, meestal met het patroon "Wenn ... dann ...", wat vergelijkbaar is met "Als ... dan ..." in het Nederlands.
Inhoud van de les
Je leert hoe je eenvoudige zinnen kunt vormen die betrekking hebben op huisdieren en hun gedrag, zoals wat ze doen wanneer ze honger hebben, moe zijn of bang zijn. Voorbeelden zijn bijvoorbeeld: "Wenn die Katze Hunger hat, frisst sie ihr Futter." Dit betekent "Als de kat honger heeft, eet ze haar voer." Tevens oefen je met praktische woordenschat over Haustiere (huisdieren) zoals der Hund (de hond), die Katze (de kat), der Vogel (de vogel), en bijbehorende voedingstermen als das Futter (het voer) en fressen (eten voor dieren).
Belangrijke grammatica
De nulvoorwaarde gebruikt de tegenwoordige tijd (Präsens) in beide delen van de zin. De structuur is meestal: Wenn + onderwerp + vervoegd werkwoord, onderwerp + vervoegd werkwoord. Bijvoorbeeld: "Wenn ich die Leine nehme, freut sich der Hund." (Als ik de lijn neem, is de hond blij.)
Praktische oefeningen
- Zinnen herschikken: Leer zinnen correct ordenen om ze begrijpelijk te maken.
- Woorden koppelen: Categoriseer woorden als huisdieren of dierenvoeding.
- Dialogen: Oefen dagelijkse gesprekken in een dierenwinkel, over verzorging en het spreken over huisdieren.
- Werkwoordsvervoegingen: Kies de juiste vorm van het werkwoord in de context.
- Korte verhalen invullen: Vul de juiste werkwoordsvorm in voorbeeldteksten.
Let op de verschillen met het Nederlands
In het Duits wordt in de nulvoorwaarde vaak de volgorde "Wenn ... dann ..." gebruikt, waar het Nederlandse vaak zonder "dan" het idee al aangeeft. Bijvoorbeeld: "Wenn die Katze müde ist, schläft sie." in het Duits en in het Nederlands: "Als de kat moe is, slaapt ze." Het werkwoord staat in de Duitse bijzin vaak aan het einde (zoals "..., wenn ich Zeit habe"), wat verschilt van de Nederlandse volgorde. Leer ook dat Duitse dieren veel werken met specifieke werkwoorden zoals fressen voor dieren eten in plaats van het algemene essen.
Woorden en zinnen zoals "Ich kümmere mich um den Hund" (Ik zorg voor de hond) zijn nuttig om te weten bij het spreken over huisdieren. Deze les helpt je om praktische zinnen te maken die je in het dagelijks leven kunt gebruiken als je bijvoorbeeld met iemand over hun huisdieren praat of in een dierenwinkel bent.