Découvrez comment introduire een kind bij de tandarts en het geruststellen tijdens de behandeling. Leer nuttige woorden zoals 'controle' (controle), 'gaatjes' (cariës), 'fluoride' (fluoride), en 'beugel' (orthodontische beugel) voor een vlot gesprek in de tandartspraktijk.
Exercices Partager Copié !
Ces exercices peuvent être réalisés ensemble pendant les leçons de conversation ou comme devoirs.
Oefening 1: Exercice de conversation
Instructie:
- Bekijk de 4 afbeeldingen en leg elke behandeling uit aan de ouders: wat het is, wanneer het wordt aangegeven en het doel. (Observez les 4 images et expliquez chaque traitement aux parents : ce que c'est, quand il est indiqué, et l'objectif.)
- Koppel elke behandeling aan de instrumenten en materialen. (Associez chaque traitement aux instruments et matériaux.)
- Leg uit hoe je het kind bij elke stap gerust kunt stellen. (Expliquez comment rassurer l'enfant à chaque étape.)
Directives pédagogiques +/- 10 minutes
Exemples de phrases:
|
In dit melktandje is een pulpotomie nodig: de zenuw wordt oppervlakkig verwijderd (coronale pulp). Dans cette dent temporaire, une pulpotomie est nécessaire : le nerf est retiré superficiellement (pulpe coronaire). |
|
We gebruiken het contra-angle handstuk, frezen en wattenstaafjes, vervolgens een pulpmiddel en de restauratie. Nous utilisons la pièce à main contre-angle, les fraises, et les pellets de coton, puis un médicament pulpaire et la restauration. |
|
We geven eerst een verdoving, en ik leg elke stap met eenvoudige woorden aan uw kind uit. Nous administrons d'abord l'anesthésie, puis j'explique chaque étape à votre enfant avec des mots simples. |
|
Fissuursealer vult de groeven met een vloeibare hars om gaatjes te voorkomen. Le scellement des fissures remplit les sillons avec une résine fluide pour prévenir les caries. |
|
Een ruimtehouder houdt de ruimte vrij zodat het blijvende gebit op de juiste plaats doorkomt. Un mainteneur d'espace conserve la place afin que la dent permanente puisse apparaître à la bonne position. |
|
Na het fluoridevarnish geen eten of hete dranken gedurende 3 uur. Après l'application du vernis fluoré, ne pas manger ni boire de boissons chaudes pendant 3 heures. |
| ... |
Exercice 2: Cartes de dialogue
Instruction: Choisissez une situation et entraînez-vous à la conversation avec votre professeur ou vos camarades.
Exercice 3: Choix multiple
Instruction: Choisissez la bonne solution
1. De tandarts ____ of het kind pijn voelt.
(Le dentiste ____ si l'enfant ressent de la douleur.)2. We ____ uit welke behandeling we gaan doen.
(Nous ____ expliquons quel traitement nous allons faire.)3. Het kind ____ zich op zijn gemak tijdens de controle.
(L'enfant ____ se sent à l'aise pendant le contrôle.)4. Na de controle ____ we het gaatje in de kies.
(Après le contrôle, nous ____ traitons la carie dans la molaire.)Exercice 4: Premier rendez-vous chez le dentiste pour enfants
Instruction:
Tableaux des verbes
Gaan - Gaan
Tegenwoordige tijd
- ik ga
- jij gaat
- hij/zij/het gaat
- wij gaan
- jullie gaan
- zij gaan
Zijn - Zijn
Tegenwoordige tijd
- ik ben
- jij bent
- hij/zij/het is
- wij zijn
- jullie zijn
- zij zijn
Zeggen - Zeggen
Tegenwoordige tijd
- ik zeg
- jij zegt
- hij/zij/het zegt
- wij zeggen
- jullie zeggen
- zij zeggen
Bekijken - Bekijken
Tegenwoordige tijd
- ik bekijk
- jij bekijkt
- hij/zij/het bekijkt
- wij bekijken
- jullie bekijken
- zij bekijken
Legen - Legen
Tegenwoordige tijd
- ik leg
- jij legt
- hij/zij/het legt
- wij leggen
- jullie leggen
- zij leggen
Geven - Geven
Tegenwoordige tijd
- ik geef
- jij geeft
- hij/zij/het geeft
- wij geven
- jullie geven
- zij geven
Vinden - Vinden
Tegenwoordige tijd
- ik vind
- jij vindt
- hij/zij/het vindt
- wij vinden
- jullie vinden
- zij vinden
Hebben - Hebben
Tegenwoordige tijd
- ik heb
- jij hebt
- hij/zij/het heeft
- wij hebben
- jullie hebben
- zij hebben
Pas de progrès lorsque vous apprenez seul ? Étudiez ce matériel avec un enseignant certifié !
Voulez-vous pratiquer le néerlandais aujourd'hui ? C'est possible ! Contactez simplement l'un de nos professeurs aujourd'hui.
Présentation de la leçon : La dentisterie pédiatrique en néerlandais
Cette leçon de niveau A2 porte sur le vocabulaire et les expressions utilisés lors des visites dentaires pour enfants. Elle vous prépare à communiquer efficacement dans un cadre pédiatrique, en vous aidant à comprendre et à utiliser des phrases pratiques liées à l'accueil chez le dentiste, au rassurement de l'enfant et à l'explication des traitements dentaires courants.
Contenu de la leçon
- Introduction chez le dentiste : apprendre à présenter un enfant, discuter de sa première visite et poser des questions simples. Par exemple : « Goedemorgen, welkom bij de tandarts. » (Bonjour, bienvenue chez le dentiste.) ou « Is dit uw eerste afspraak hier? » (Est-ce votre premier rendez-vous ici ?)
- Rassurer l'enfant : formules de confort et encouragements pendant le soin, comme « Blijf maar rustig, het doet helemaal geen pijn. » (Reste calme, ça ne fait pas du tout mal.) ou « Je doet het heel goed, het gaat prima. » (Tu fais très bien, ça se passe bien.)
- Explications des traitements dentaires : vocabulaire et phrases pour décrire les contrôles, traitements de caries, application de fluor, nettoyage et orthodontie. Par exemple : « Vandaag doen we een gebitscontrole. » (Aujourd'hui, nous faisons un contrôle dentaire.) ou « Soms gebruiken we een fluorlak ter bescherming. » (Parfois, nous utilisons un vernis fluoré pour protection.)
Mots et expressions clés à retenir
- de tandarts : le dentiste
- de afspraak : le rendez-vous
- gaatje : la carie
- fluorolak : vernis fluoré
- poetsen : brosser (les dents)
- beugel : appareil dentaire
Comparaison entre le français et le néerlandais dans ce contexte
En français, les termes relatifs à la dentisterie pour enfants sont souvent similaires mais avec des différences dans la construction des phrases. Par exemple, en néerlandais, la phrase simple « Heeft u vooraf nog vragen? » se traduit par « Avez-vous des questions avant ? » avec une inversion du sujet et du verbe en néerlandais. De plus, le néerlandais utilise fréquemment des mots composés comme fluorlak (fluor + vernis) qui correspondent à des expressions françaises plus longues (vernis fluoré).
Quelques phrases utiles françaises et leur équivalent néerlandais :
- Bonjour, bienvenue chez le dentiste. - Goedemorgen, welkom bij de tandarts.
- Ça ne fait pas mal. - Het doet helemaal geen pijn.
- Nous allons faire un contrôle dentaire. - We doen een gebitscontrole.
- Tu fais très bien. - Je doet het heel goed.
Ces leçons ne seraient pas possibles sans nos partenaires incroyables🙏
