Leer essentiële Spaanse woorden zoals "herida" (verwonding), "dolor" (pijn) en "tratamiento" (behandeling) binnen de context van blessures en Rafaels tenniscarrière.
Luister- en leesmateriaal
Oefen woordenschat in context met echte materialen.
B1.29.1 Cultura
Rafael Nadal: El guerrero del tenis español
Rafael Nadal: De strijder van het Spaanse tennis
Woordenschat (10) Delen Gekopieerd!
Oefeningen Delen Gekopieerd!
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Binnenkort beschikbaar...
Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!
Wil je vandaag Spaans oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.
Inleiding tot Letsels en Pijnen in het Spaans
In deze les ontdekken we hoe we in het Spaans informatie geven over verwondingen en pijn. Dit onderwerp is erg praktisch en helpt je om medische situaties te begrijpen en te communiceren. De focus ligt op het uitbreiden van je woordenschat rondom lichamelijke klachten en het leren van nuttige zinnen om symptomen uit te drukken.
Wat leer je in deze les?
Onze les behandelt belangrijke woorden en uitdrukkingen gerelateerd aan verschillende soorten blessures en pijn. Daarnaast komt er ook context uit de sportwereld aan bod, geïnspireerd door Rafael Nadal, een beroemde Spaanse tennisser die vaak met blessures te maken kreeg. Dit helpt je om de taal in een realistische situatie te plaatsen.
Belangrijke woordenschat
- La lesión – de blessure
- El dolor – de pijn
- El músculo – de spier
- La inflamación – de ontsteking
- La contusión – de kneuzing
Veelgebruikte uitdrukkingen
- Me duele la espalda. – Mijn rug doet pijn.
- Tengo una fractura en el brazo. – Ik heb een beenbreuk.
- Me he torcido el tobillo. – Ik heb mijn enkel verstuikt.
- ¿Dónde tienes dolor? – Waar heb je pijn?
- Necesito hielo para la inflamación. – Ik heb ijs nodig voor de zwelling.
Culturele context: Rafael Nadal als voorbeeld
Rafael Nadal staat bekend als 'el guerrero del tenis español' vanwege zijn vechtlust en doorzettingsvermogen, ook bij blessures. Door zijn verhaal te volgen, leer je niet alleen woordenschat rond gezondheidsproblemen, maar zie je ook hoe je dergelijke situaties in het dagelijks Spaans bespreekt.
Verschillen tussen Nederlands en Spaans
In het Spaans wordt bij het uitdrukken van pijn vaker gebruikgemaakt van het werkwoord doler, wat letterlijk "pijn doen" betekent, terwijl in het Nederlands meestal het werkwoord "hebben" wordt gebruikt, zoals "ik heb pijn". Bijvoorbeeld: Me duele la cabeza vertaalt naar "Ik heb hoofdpijn".
Daarnaast is het belangrijk om te weten dat lichaamsdelen vaak vrouwelijk zijn in het Spaans (la cabeza, la pierna) terwijl dat in het Nederlands niet bestaat. Ook worden voorzetsels anders gebruikt bij het beschrijven van verwondingen; bijvoorbeeld tener una fractura en el brazo betekent "een breuk in de arm hebben".
Nuttige woorden en uitdrukkingen ter vergelijking
- Ik heb pijn aan mijn knie – Me duele la rodilla
- Mijn arm is gekneusd – Tengo una contusión en el brazo
- Ik heb mijn enkel verstuikt – Me he torcido el tobillo