In Nederland betalen veel mensen contactloos, meestal met een pinpas. Steeds meer mensen gebruiken ook hun telefoon of smartwatch om te betalen. Netty, Digicoach bij ING, legt in deze video uit wat internetbankieren en mobiel bankieren is.
In Nederland betalen veel mensen contactloos, meestal met een pinpas. Steeds meer mensen gebruiken ook hun telefoon of smartwatch om te betalen. Netty, Digicoach bij ING, legt in deze video uit wat internetbankieren en mobiel bankieren is.

Oefening 1: Woordbingo

Instructie: 1. Luister minimaal twee keer naar de video en geef de woorden aan die je hoort. 2. Gebruik de woorden om een gesprek te vormen met je docent (schrijf je gesprek op). 3. Memoriseer de woorden met de woordentrainer.

Woord
het internetbankieren
het mobiel bankieren
het digitaal bankieren
via het internet
met je tablet en telefoon
via Mijn ING
op je laptop
de bankzaken regelen
via de app
betalen

Oefening 2: Dialoog

Instructie: 1. Lees de dialoog in tweetallen. 2. Memoriseer de zinnen door de vertaling af te dekken. 3. Dek de regels van één spreker af, geef alternatieve antwoorden met je leraar en schrijf ze op.

Leer hoe je online kunt betalen bij de bank ING.

1. Jan : Goedemorgen, kunt u me uitleggen hoe internetbankieren werkt?
2. Medewerker Sophie: Goedemorgen, dat doet u via Mijn ING op uw laptop of computer.
3. Jan : Kan ik daar meer dingen tegelijk doen dan met de app?
4. Medewerker Sophie: Ja, u kunt daar sparen, rekeningen openen en betalingen bekijken.
5. Jan : Wat is dan het verschil met mobiel bankieren?
6. Medewerker Sophie: Mobiel bankieren doet u op uw telefoon of tablet via de ING-app.
7. Jan : Kan ik met mijn telefoon in de winkel betalen met de app?
8. Medewerker Sophie: Ja, dat kan. Zo betaalt u snel en controleert u meteen uw bankrekening.
9. Jan : Heb ik dan internetbankieren en mobiel bankieren allebei nodig?
10. Medewerker Sophie: Ja, ze horen bij elkaar. U bevestigt betalingen van Mijn ING altijd in de app.
11. Jan : En als ik een nieuwe creditcard wil aanvragen, hoe werkt dat?
12. Medewerker Sophie: Dan vraagt u die aan via Mijn ING en keurt u de aanvraag goed in de app.
13. Jan : Dank u wel, u heeft me erg goed geholpen.

Oefening 3: Vragen over de tekst

Instructie: Lees de bovenstaande tekst en kies het juiste antwoord.

1. Waar gebruikt Jan internetbankieren voor?


2. Wat is een voordeel van mobiel bankieren volgens de medewerker?


3. Waarom heeft Jan zowel internetbankieren als mobiel bankieren nodig?


4. Hoe vraagt Jan een nieuwe creditcard aan?


Oefening 4: Openingsvragen voor gesprekken

Instructie: Bespreek de volgende vragen met je leraar met behulp van de woordenschat uit deze les, en schrijf je antwoorden op.

  1. Hoe gebruik je internetbankieren om je rekeningen te beheren?
  2. Hoe gebruik je internetbankieren om je rekeningen te beheren?
  3. Welke voordelen heeft mobiel bankieren volgens jou?
  4. Welke voordelen heeft mobiel bankieren volgens jou?
  5. Wat doe je als je een nieuwe pinpas of creditcard wilt aanvragen?
  6. Wat doe je als je een nieuwe pinpas of creditcard wilt aanvragen?
  7. Waarom is het handig om zowel internetbankieren als mobiel bankieren te gebruiken?
  8. Waarom is het handig om zowel internetbankieren als mobiel bankieren te gebruiken?