Herken de woorden: stoelen, kopjes, borden, schotels, lampjes, eettafel, meubels, spullen, gratis ophalen, bed, rolstoel, helemaal te gek, kasten, bedlampjes, nachtkastjes, boxspring matrassen, een slag slaan.
Recognise the words: chairs, cups, plates, saucers, little lamps, dining table, furniture, items, free collection, bed, wheelchair, totally awesome, cupboards, bedside lamps, nightstands, box spring mattresses, to make headway.

Twee vrienden, Lieke en Sam, zijn net aangekomen in een tiny house op Texel. Ze ontdekken al snel dat alles multifunctioneel is – en een beetje krap.

1. Sam: Kun je de deur openen? (Can you open the door?) Show
2. Lieke: Oké, maar ik moet eerst over de bank en de kast stappen. (Okay, but I have to step over the couch and the cupboard first.) Show
3. Sam: Ik struikel bijna over de stoel. Waarom staat die zo dicht bij de tafel? (I almost trip over the chair. Why is it so close to the table?) Show
4. Lieke: Ik denk dat de lamp anders niet meer in de woonkamer past. (I think the lamp won't fit in the living room otherwise.) Show
5. Sam: Serieus? Nou ja, ik sluit de deur dan. (Seriously? Well, then I'll close the door.) Show
6. Lieke: Dan kan ik de keuken in. (Then I can go into the kitchen.) Show
7. Sam: Hé, het raam boven het bed staat open. Voel je dat? (Hey, the window above the bed is open. Do you feel that?) Show
8. Lieke: Oh nee, sluit het raam! (Oh no, close the window!) Show
9. Sam: Straks ligt het bed vol zand. (Soon the bed will be covered with sand.) Show
10. Lieke: Waar heb je mijn tas neergezet? (Where did you put my bag?) Show
11. Sam: In het toilet, daar was geen plaats! (In the toilet, there was no space there!) Show
12. Lieke: Jeetje... en hier moeten we twee weken blijven? (Geez... and we have to stay here for two weeks?) Show

Exercise 1: Discussion questions

Instruction: Discuss the questions after listening to the audio or reading through the text.

  1. Waarom struikelt Lieke bijna als ze binnenkomt?
  2. Why does Lieke almost trip when she comes in?
  3. Wat zegt Sam over het raam boven het bed?
  4. What does Sam say about the window above the bed?
  5. Beschrijf jouw woonkamer en inrichting.
  6. Describe your living room and decor.
  7. Wat open en sluit jij elke dag in je huis?
  8. What do you open and close every day in your house?
  9. Koop jij soms tweedehands meubelen?
  10. Do you sometimes buy second-hand furniture?

Exercise 2: Practice in context

Instruction: Open 1 van de advertenties en beschrijf het interieur.

  1. https://www.texel.net/nl/overnachten/vakantiehuis