Lokale diensten en winkels
Usługi lokalne i sklepy
- Ken de namen van lokale diensten en winkels.
- Bespreek wat je in het winkelcentrum vindt.
Leer praktische woordenschat over lokale diensten en winkels, zoals apteka (apotheek), bankomat (geldautomaat) en pralnia (stomerij), en handige werkwoorden in de tegenwoordige tijd om gesprekken in en rond het winkelcentrum te voeren.
Oefeningen Delen Gekopieerd!
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Oefening 1: Gesprekskaarten
Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.
Oefening 2: Meerkeuze
Instructie: Kies de juiste oplossing
1. W centrum handlowym zazwyczaj ___ owoce, bo są zawsze świeże.
(In het winkelcentrum ___ ik gewoonlijk fruit, want het is altijd vers.)2. Gdybym miał więcej czasu, częściej ___ do kawiarni w galerii.
(Als ik meer tijd had, zou ik vaker ___ naar het café in het winkelcentrum gaan.)3. Jeśli apteka byłaby otwarta, ___ tam po lekarstwa.
(Als de apotheek open zou zijn, zou ik ___ er naartoe gaan voor medicijnen.)4. Gdybym znalazł dobry sklep spożywczy blisko domu, ___ tam zakupy częściej.
(Als ik een goede supermarkt dichtbij huis zou vinden, zou ik er ___ vaker boodschappen doen.)Oefening 3: Winkelen in het winkelcentrum
Instructie:
Werkwoordschema's
Iść - Gaan
Czas teraźniejszy
- ja idę
- ty idziesz
- on/ona/ono idzie
- my idziemy
- wy idziecie
- oni/one idą
Chcieć - Willen
Czas teraźniejszy
- ja chcę
- ty chcesz
- on/ona/ono chce
- my chcemy
- wy chcecie
- oni/one chcą
Odwiedzać - Bezoeken
Czas teraźniejszy
- ja odwiedzam
- ty odwiedzasz
- on/ona/ono odwiedza
- my odwiedzamy
- wy odwiedzacie
- oni/one odwiedzają
Kupować - Kopen
Czas teraźniejszy
- ja kupuję
- ty kupujesz
- on/ona/ono kupuje
- my kupujemy
- wy kupujecie
- oni/one kupują
Rozmawiać - Praten
Czas teraźniejszy
- ja rozmawiam
- ty rozmawiasz
- on/ona/ono rozmawia
- my rozmawiamy
- wy rozmawiacie
- oni/one rozmawiają
Szukac - Zoeken
Czas teraźniejszy
- ja szukam
- ty szukasz
- on/ona/ono szuka
- my szukamy
- wy szukacie
- oni/one szukają
Znajdować - Vinden
Czas teraźniejszy
- ja znajduję
- ty znajdujesz
- on/ona/ono znajduje
- my znajdujemy
- wy znajdujecie
- oni/one znajdują
Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!
Wil je vandaag Pools oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.
Lokale diensten en winkels: Uw gids voor het winkelcentrum en buurtlocaties
Deze les richt zich op het voeren van gesprekken over lokale diensten en winkels die je tegenkomt in winkels, winkelcentra en je eigen buurt. Het niveau is A2, wat betekent dat je al eenvoudige gesprekken kunt voeren en nu je woordenschat en zinsbouw versterkt om meer specifieke onderwerpen te bespreken, zoals voorzieningen in een winkelcentrum of de beschikbaarheid van diensten dichtbij huis.
Wat leert u in deze les?
- Gesprekken in winkelcentra: U leert vragen en antwoorden over verschillende winkels zoals supermarkten, apotheken, kappers en banken binnen een winkelcentrum. Bijvoorbeeld: "Czy jest tam też salon fryzjerski?" (Is er ook een kapsalon?) en "Przy głównym wejściu stoi bankomat." (Bij de hoofdingang staat een geldautomaat.)
- Basis boodschappen doen in de supermarkt: U oefent gesprekken over het kopen van verse producten zoals brood, groenten, olie en sap. Handige zinnen zijn onder andere "Czy mają państwo też świeże warzywa?" en "Poproszę butelkę soku i trochę sera."
- Vragen over lokale diensten in uw buurt: U leert hoe u kunt informeren naar de aanwezigheid en locatie van lokale voorzieningen zoals de post, apotheek, wasserette, bank en sportschool. Bijvoorbeeld: "Czy w twojej okolicy jest poczta?" en "Gdzie znajduje się najbliższy bank?"
- Werkwoorden in de tegenwoordige tijd en conditioneel gebruik: De les bevat ook oefeningen met actuele werkwoorden die vaak voorkomen bij het bespreken van winkelen en diensten, zoals kupować (kopen), iść (gaan) en chcieć (willen). Deze worden in relevante zinnen getoond met vertalingen.
Belangrijke woorden en uitdrukkingen
- Sklep spożywczy: boodschappenwinkel of supermarkt
- Apteka: apotheek
- Pralnia chemiczna: stomerij of wasserette
- Kawiarnia: café of koffietentje
- Bankomat: geldautomaat
- Drogeria: drogisterij
- Centrum handlowe: winkelcentrum
Verschillen tussen het Pools en het Nederlands
Hoewel Pools en Nederlands verschillende taalfamilies vertegenwoordigen, vindt u in deze les praktische overeenkomsten en verschillen. Pools maakt gebruik van een uitgebreide werkwoordsvervoeging en geslachten in zelfstandige naamwoorden, terwijl het Nederlands een eenvoudiger systeem heeft. Bijvoorbeeld, Pools kent verschillende werkwoordsvormen afhankelijk van aspect en tijd, zoals "kupuj19" (ik koop - tegenwoordige tijd) tegenover het Nederlandse "ik koop". Verder kent Pools bepaalde woorden voor diensten die wellicht anders genoemd worden in het Nederlands.
Enkele handige vergelijkingen:
- Sklep spożywczy = supermarkt / boodschappenwinkel
- Apteka = apotheek
- Pralnia = wasserette of stomerij
- Kawiarnia = koffiehuis / café
Het beheersen van deze vocabulaire en zinsstructuren helpt u bij het moeiteloos navigeren door lokale winkels en diensten in Polen, en sluit aan bij het spreken van alledaagse situaties.
Deze lessen zouden niet mogelijk zijn zonder onze geweldige partners🙏
